Betrek bij voorkeur meerdere disciplines.
Hanteer de volgende systematiek bij de diagnostiek, het beleid en de evaluatie van het effect van het beleid:
Fase 1: Breng situatie in kaart Inventariseer:
medische voorgeschiedenis: diagnose, comorbiditeit, behandeling tot dusver;
beeld van de patiënt op vier dimensies: lichamelijk, psychisch, sociaal en existentieel;
levensverwachting;
medicatie;
analyse van symptomen door middel van anamnese en lichamelijk onderzoek;
betekenisgeving door de patiënt;
prioriteiten en wensen van de patiënt.
Fase 2: Vat problematiek en beleid samen en maak proactief beleid
Benoem problemen en stel werkhypothesen op.
Maak beleidsafwegingen.
Overweeg consultatie en/of aanvullend onderzoek.
Formuleer het doel van het beleid.
Stel plan van aanpak op:
behandeling van de oorzaak c.q. uitlokkende of in stand houdende factoren;
symptomatische behandeling (niet-medicamenteus en medicamenteus);
ondersteunende zorg.
Denk toekomstgericht!
Fase 3: Maak afspraken over evaluatie van het beleid Evalueer:
Spreek af hoe, door wie en wanneer het effect gemeten en besproken wordt.
Meet het effect aan de hand van klachten en problemen, de beleving ervan, functioneren en welbevinden.
Fase 4: Stel het beleid zo nodig bij en blijf evalueren Stel effect vast:
Effect goed:
Blijf periodiek evalueren (-> ga terug naar fase 3);
Effect afwezig of beperkt:
Stel beleid bij,
Breng situatie opnieuw in kaart en stel werkhypothese bij, of
Accepteer.
Voor alle fasen geldt:
Stem af met patiënt en naasten.
Overweeg gebruik van meetinstrumenten.