v5 ft 13.3 en 13.4

• Biologie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 5

De natrium-kalium-pomp pompt:

1. Evenveel natriumionen uit de cel als kaliumionen erin
2. Evenveel natriumionen in de cel als kaliumionen eruit
3. Meer natriumionen uit de cel dan kaliumionen erin
4. Meer kaliumionen uit de cel dan natriumionen erin

Wat is de juiste volgorde van een actiepotentiaal

1. rustpotentiaal-repolarisatie-depolarisatie-hyperpolarisatie-refractaire periode-
2. repolarisatie-hyperpolarisatie-depolarisatie-refractaire periode-rustpotentiaal
3. rustpotentiaal-depolarisatie-hyperpolarisatie-repolarisatie-refractaire periode
4. depolarisatie-repolarisatie-hyperpolarisatie-refractaire periode-rustpotentiaal

Een sterkere prikkel leidt tot

1. hogere actiepotentiaal
2. hogere impulsfrequentie
3. een hogere drempelwaarde
4. een snellere depolarisatie

De gehele actiepotentiaal
(2 t/m 5) duurt 4 ms.

Wat is dan de maximale impulsfrequentie?

1. 25 impulsen per seconde
2. 250 impulsen per seconde
3. 1500 impulsen per minuut
4. 4000 impulsen per seconde

Wanneer een neurotransmitter aan de receptor van het post-synaptische membraan bindt dan vindt er influx | efflux van Na | K plaats en ontstaat er een depolarisatie | repolarisatie

1. influx | Na | depolarisatie
2. influx | K | depolarisatie
3. efflux | K | repolarisatie
4. efflux | Na | depolarisatie

De hoeveelheid neurotransmitter die per tijdseenheid door een bepaalde zenuwcel in een synapsspleet wordt gebracht is niet constant.

Waarvan is de hoeveelheid transmitter afhankelijk?

1. van de frequentie waarmee impulsen aankomen
2. van de herkomst van de aankomende impulsen
3. van de sterkte van de aankomende impulsen
4. van de sterkte van aankomende actiepotentiaal

Pak binas 88G erbij.
Is de volgende bewering wel of niet van invloed op de doorgifte van een impuls over de synapsspleet (van pre- naar de postsynaptische membraan?
- blokkeren van de postsynaptische receptor.

1. wel
2. niet

Pak binas 88G erbij.
Is de volgende bewering wel of niet van invloed op de doorgifte van een impuls over de synapsspleet (van pre- naar de postsynaptische membraan?
- remmen van de heropname van neurotransmitters

1. wel
2. niet

Pak binas 88G erbij.
Is de volgende bewering wel of niet van invloed op de doorgifte van een impuls over de synapsspleet (van pre- naar de postsynaptische membraan?
- afbraak van neurotransmitter vertragen

1. wel
2. niet

Pak binas 88G erbij.
Is de volgende bewering wel of niet van invloed op de doorgifte van een impuls over de synapsspleet (van pre- naar de postsynaptische membraan?
- presynaptisch blokkeren van de influx van calciumionen

1. wel
2. niet

Pak binas 88G erbij.
Is de volgende bewering wel of niet van invloed op de doorgifte van een impuls over de synapsspleet (van pre- naar de postsynaptische membraan?
- versnelde presynaptische heropname van neurotransmitter

1. wel
2. niet

Pak binas 88G erbij.
Is de volgende bewering wel of niet van invloed op de doorgifte van een impuls over de synapsspleet (van pre- naar de postsynaptische membraan?
- versnelde presynaptische influx van calciumionen

1. wel
2. niet

Pak binas 88G erbij.
Is de volgende bewering wel of niet van invloed op de doorgifte van een impuls over de synapsspleet (van pre- naar de postsynaptische membraan?
- versnelde afbraak van neurotransmitters

1. wel
2. niet

Pak binas 88G erbij.
Is de volgende bewering wel of niet van invloed op de doorgifte van een impuls over de synapsspleet (van pre- naar de postsynaptische membraan?
- verminderde presynaptische afgifte van neurotransmitters

1. wel
2. niet

Pak binas 88G erbij.
Is de volgende bewering wel of niet van invloed op de doorgifte van een impuls over de synapsspleet (van pre- naar de postsynaptische membraan?
- versterkte postsynaptische neurotransmitterbinding

1. wel
2. niet

https: