V.T. > T.T.
- Verleden gebeurd en gaat nog steeds door
- Verleden gebeurd en invloed op het heden: oorzaak - gevolg
Stap 1: vind het onderwerp in de zin
Stap 2: kies uit have of had
have: I / we / you / they - has: he / she / it
Stap 3: ww+ed of 3e rijtje (voltooiddeelwoord)