B7 T3 2HV

• Biologie
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2

B7 Weefselvloeistof & Lymfe

• Jas uit
• Spullen op tafel

       Laptop/Leerwerkboek

       Schrift

• Tas van tafel
• Lees blz. 229 t/m 230

Kennen/Kunnen

• Je kunt uitleggen uit welke stoffen lymfe bestaat
  
• Je kunt uitleggen wat de taken van het lymfestelsel zijn
  
• Je kunt uitleggen hoe het lymfestelsel samewerkt met het bloedvatenstelsel

Huiswerk T3 B7

Opdr. 1 t/m 5 

Huiswerkrad

Ga vast naar Lessonup.app en gebruik deze code

Beloning

Straf

Een rode bloedcel is in haarvaten van de tong. Hij is nu in de ..

1. Grote bloedsomloop
2. Kleine bloedsomloop
3. Niet te bepalen

De rode bloedcel stroomt verder via de bovenste holle ader en komt aan bij het hart in de ..

1. Linker kamer
2. Rechter kamer
3. Linker boezem
4. Rechter boezem

De rode bloedcel stroomt door naar de rechterkamer en gaat vanuit daar naar de ..

1. Longslagader
2. Aorta
3. Longader
4. Holle ader

Vragen

1. Welke verschillen tussen deze bloedsomloop en die van een mens kun je ontdekken?
2. Is het bloed in de rechterboezem van de kikker zuurstofarm, waarom wel/niet.

Wat gebeurt er in de haarvaten?

Weefselvloeistof

Vloeistof tussen de cellen van een weefsel, onstaat o.a. doordat bloedplasma in het weefsel vloeit.

Het bevat veel verschillende stoffen zoals:

Zuurstof, koolstofdioxide, voedingsstoffen en afvalstoffen

bloedplasma

Vloeibaar onderdeel van het bloed.

Bevat veel verschillende stoffen.

Zuurstof en voedingsstoffen worden afgegeven aan het omliggende weefsel.

Koolstofdioxide en afvalstoffen worden opgenomen uit het omliggende weefsel

Lymfe

Weefselvloeistof die is opgenomen in een lymfevat heet lymfe.

Het bevat vergelijkbare stoffen als die in weefselvloeistof, maar meestal veel minder zuurstof en voedingsstoffen.

Cel

In een orgaan/weefsel kom je veel cellen tegen.

Cellen hebben zuurstof en voedingsstoffen nodig, dat halen ze uit de weefselvloeistof.

Cellen geven koolstofdioxide en afvalstoffen af aan de weefselvloeistof

Haarvat

Het kleinste bloedvat, de wand is 1 cellaag dik.

Tussen de cellen van de wand zitten kleine openingen waardoor bloedplasma uit het haarvat kan stromen, eenmaal in het weefsel noemen we het bloedplasma > weefselvloeistof 

klep

Een lymfevat heeft kleppen. 

Deze zorgen ervoor dat de lymfe niet weer terug het weefsel in kan stromen. 

Lymfevaten hebben geen hartslag die ervoor zorgt dat lymfe de juiste kant op stroomt

Bloedplasma stroomt door de bloedvaten. Als het het weefsel in stroomt noemen we het weefselvloeistof

Bloed geeft O2 en Voedingsstoffen af aan het weefsel.

Bloed neemt CO2 en Afvalstoffen op uit het weefsel.

Water wordt uitgewisseld tussen het bloed en het weefsel.

Cellen in het weefsel halen O2 en voedingsstoffen uit de weefselvloeistof.

Cellen in het weefsel geven CO2 en afvalstoffen af aan de weefselvloeistof.

Water wordt zowel opgenomen als afgegeven door cellen in het weefsel

Een deel van de weefselvloeistof wordt opgenomen door lymfevaten en wordt daardoor lymfe.

Lymfe bevat CO2, afvalstoffen. Daarnaast ook O2 en voedingsstoffen, maar wel in kleine hoeveelheid

• Lymfestelsel vervoert de lymfe
• Lymfestelsel 'snelweg' witte bloedcellen.
• Lymfeknopen zuiveren lymfe
• Borstbuis/lymfestam brengen lymfe terug naar holle ader

Lymfestelsel

Als het lymfestelsel niet goed werkt

Weefselvloeistof wordt niet goed afgevoerd en hoopt op in het weefsel > oedeem

Lymfevaten vervoeren lymfe door ons lichaam.
Qua bouw lijken ze een beetje op een bloedvat.
Op welke van deze bloedvaten lijkt een lymfevat het meest?

1. Slagader
2. Haarvat
3. Ader

Ga aan de slag met: T3 B7

• Blz. 229 tm 231
  
• Opdr. 1 t/m 5 

Klaar met het bovenstaande?

• Verder werken/lezen
• Samenvatten
• Ander huiswerk
• Boek lezen

Zs = Werken in stilte

• Geen vinger opsteken
• Aan het werk
• Stil en stoor niemand
• Blijf op je plek

Ga aan de slag met: T3 B7

• Blz. 229 tm 231
  
• Opdr. 1 t/m 5 

Klaar met het bovenstaande?

• Verder werken/lezen
• Samenvatten
• Ander huiswerk
• Boek lezen

Zf = Werken met fluisteren

• Geen vinger opsteken
• De docent komt langs
• Aan het werk
• Fluister alleen met de persoon naast je
• Blijf op je plek

Opruimdienst

Vandaag zijn dit

• Tafels leeg en recht
• Stoelen aangeschoven
• Grond vrij van afval