BASISSTOF 2 KRAAKBEENWEEFSEL EN BASISSTOF 3 BEENVERBINDINGEN

BASISSTOF 2 KRAAKBEENWEEFSEL EN BEENWEEFSEL
BASISSTOF 3 BEENVERBINDINGEN
1 / 17
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

This lesson contains 17 slides, with interactive quiz, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

BASISSTOF 2 KRAAKBEENWEEFSEL EN BEENWEEFSEL
BASISSTOF 3 BEENVERBINDINGEN

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Video

This item has no instructions

Kalk en lijmstof
  • Kalk is hard en zorgt voor stevigheid van het bot.

  • Lijmstof is taai en buigzaam en zorgt ervoor dat een bot kan buigen.


Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Introductie
Kraakbeenweefsel en beenweefsel zijn beide typen bindweefsel die in het menselijk lichaam voorkomen. Ze hebben verschillende kenmerken en functies.


Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Beenweefsel
Weefsel wordt gevormd door een groep cellen met dezelfde vorm en functie. 

  • Beenweefsel is hard, heel stevig en bijna niet buigzaam. Er zit veel kalk en weinig lijmstof in.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Kraakbeenweefsel
Bestaat uit kraakbeencellen en tussencelstof. 

Naarmate het skelet ouder wordt, verminderd de hoeveelheid kraakbeenweefsel door slijtage.

Waar blijft het kraakbeenweefsel wel?
oorschelp
puntje van de neus
tussen ribben en borstbeen
tussen wervels van de wervelkolom


Klik op afbeelding om te vergroten.
Klik op afbeelding om te vergroten.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Slide 7 - Video

This item has no instructions

Ouder worden

  • De lijmstof verminderd en de kalk vermeerderd.

  • Botten worden minder buigzaam en brozer. Ze breken daardoor sneller. 

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

2

Slide 9 - Video

Context: Gezondheid en preventie

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Basisstof 3 Beenverbindingen
Botten zitten aan elkaar vast op vier manieren:

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Video

This item has no instructions

Beenverbindingen
  • Naad: bijvoorbeeld schedelbeenderen
  • Vergroeid: bijvoorbeeld heiligbeen en staartbeen
  • Kraakbeen: bijvoorbeeld tussen borstbeen en ribben. Er is daardoor een klein beetje beweging mogelijk.
  • Gewricht: bijvoorbeeld kniegewricht, schoudersgewricht, polsgewricht

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Bouw van een gewricht
  • Een gewricht bestaat meestal uit twee botten: gewrichtskogel en gewrichtskom

  • Er tussen in zit een kraakbeenlaagje: -zorgen dat botten soepel kunnen bewegen en zorgen voor minder slijtage van de botten.

  • Om het gewricht heen zit het gewrichtskapsel: deze zorgt ervoor dat botten op hun plaats blijven zitten (kapselbanden).


Deze afbeelding dien je goed te kennen!

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Soorten gewrichten
Twee soorten gewrichten:

  • kogelgewricht: bewegingen mogelijk in alle richtingen.

  • scharniergewricht: alleen heen en weer beweging mogelijk.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Was het een duidelijke uitleg?
😒🙁😐🙂😃

Slide 17 - Poll

This item has no instructions