H3 les 2: 3.1: Industrie en samenleving

H3 les 2: 3.1: Industrie en samenleving
1 / 14
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

H3 les 2: 3.1: Industrie en samenleving

Slide 1 - Slide

Deze les:
  • herhaling begrippen
  • bespreken mindmap
  • uitleg paragraaf 3.1
  • aan de slag met het uitwerken van leerdoelen en begrippen.
  • maken van de paragraaftoets. 

Slide 2 - Slide

Aan het einde van deze les:
... Ben je in staat de leerdoelen en begrippen van deze paragraaf in je eigen woorden uit te werken.
... Heb je laten zien wat je nu weet over de industriële revolutie.
.. Heb je geleerd waarom we vanaf 1800 spreken van een nieuwe periode in de geschiedenis, de moderne tijd.
... Heb je geleerd hoe we de samenleving uit deze periode noemen en wat hier de kenmerken van zijn.

Slide 3 - Slide

Industriële revolutie

Slide 4 - Mind map

Leg uit dat je op de afbeelding een gevolg ziet van de Industriële revolutie

Slide 5 - Open question

Slide 6 - Link

Arbeiders in actie:
  • meeste ondernemers waren rijke burgers, de hogere burgerij kreeg steeds meer invloed op de samenleving
  • relatie tussen werkgever en werknemer werd onpersoonlijker.
  • kapitalisme: ondernemers probeerden zoveel mogelijk winst te maken. 

Slide 7 - Slide

De industriële samenleving:
  • Het leven van de Europeanen veranderde veel meer dan in de eeuwen daarvoor.
  • Periode van 1800 tot heden (nu) wordt de moderne tijd genoemd. 

Slide 8 - Slide

De industriële samenleving:
  • Industriële revolutie heeft grote gevolgen voor de verschillende sectoren van de economie.
  • Steeds meer mensen gaan in de industrie sector werken.
  • door de uitbreiding van handel en transport groeide ook de dienstensector.
  • Nieuwe samenleving: industriële samenleving: de meeste mensen woonden in steden en werken in de industrie en dienstensector. 
  • steden groeiden snel.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Arbeiders in actie:
  • lonen van de werknemers zo laag mogelijk
  • arbeiders gaan samenwerken om voor zichzelf op te komen en richtten vakbonden op.
  • Vakbonden:
  • onderhandelen over hogere lonen
  • stakingen organiseren 

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Aan de slag:
  • Werk de leerdoelen en begrippen van deze paragraaf uit. (zie volgende dia)
  •  Maak de opdrachten van de paragraaftoets (staat in SOM). Let op je manier van antwoord geven, maak de toets alsof je een echte toets maakt.

Slide 13 - Slide

Leerdoelen 3.1: 
In deze paragraaf leer je: 
  1. Hoe en waardoor de productie toenam
  2. Wat vanaf 1870 veranderde in de Industrie
  3. Wat veranderde in de samenleving
  4. Wat veranderde in de verhouding tussen werkgevers en werknemers.

Begrippen: industriële revolutie, industrialisatie, moderne tijd, industriële samenleving, vakbonden.

Slide 14 - Slide