Les 3.5 Afleiding

Les 3.5 Afleiding
1 / 24
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Les 3.5 Afleiding

Slide 1 - Slide

Wat gaan we vandaag doen?
- Doel vorige les bespreken    (5 min)           
- Doel van deze les (5 min)
- Instructie  (5 min)
- Oefenen (10 min)
- Zelfstandig werken (15 min)
- Afsluiting (5 min)

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Doel vorige les
- Leren nieuwe woorden hoofdstuk 3.5

Slide 4 - Slide

educatie
competitie
spenderen

uitpuilen

hilariteit

Slide 5 - Drag question

Doel van deze les
- Je leert wat afleidingen van woorden zijn

Slide 6 - Slide

Leertekst: Afleiding
In het vorige hoofdstuk leerde je over de achtervoegsels -loos, -achtig, -baar, -je en -es. Door een achtervoegsel verandert het woord. Je noemt dat nieuwe woord een afleiding.

Ook van namen van landen of steden kun je een afleiding maken. Ook deze afleidingen schrijf je met een hoofdletter.

Ierland de Ierse bedrijven
Rotterdam het Rotterdamse festival
Mexico een Mexicaans restaurant

Slide 7 - Slide

Oefenen


+

Slide 8 - Slide





Duitse worst

Slide 9 - Slide

Oefenen

+

Slide 10 - Slide





Franse kaas

Slide 11 - Slide

Oefenen


+

Slide 12 - Slide






Belgische bonbons

Slide 13 - Slide

De (Nederland) vlag
A
Nederlandse
B
nederlandse
C
Nederlands
D
nederlands

Slide 14 - Quiz

De (Spanje) danseres
A
Spaans
B
Spaanse
C
spaanse
D
spaans

Slide 15 - Quiz

(Amerika) donuts
A
amerikaans
B
amerikaanse
C
Amerikaans
D
Amerikaanse

Slide 16 - Quiz

De (Rusland) president

Slide 17 - Open question

De (Griekenland) eilanden

Slide 18 - Open question

De (Zweden) voetballers

Slide 19 - Open question

Zelfstandig werken
Maken opdracht 13 van hoofdstuk 3, les 3.5 woorden.
Maken Test Jezelf A + B hoofdstuk 3, les 3.5 woorden.

Heb je dit af:
Woordtrainer herhalen de woorden van 1.5, 2.5 en 3.5 woorden.
Ander huiswerk
Cody's Cross

timer
15:00

Slide 20 - Slide



Wat was nog maar het doel van deze les?

Slide 21 - Slide

Doel
Jullie weten nu wat een afleiding is van een woord.

Slide 22 - Slide

De (Spanje) danseres is gek op (Nederland) kaas

Slide 23 - Open question

Volgende les
- het maken van goede zinnen. (begin schrijfopdracht)

Slide 24 - Slide