A1 Gesloten vragen maken

Fijn dat je er bent!
Goedemorgen!

Fijn dat je er bent. 
1 / 28
next
Slide 1: Slide
NT2Middelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Fijn dat je er bent!
Goedemorgen!

Fijn dat je er bent. 

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Lesprogramma vandaag:
1. Terugblik
2. Woordle
3. Vragen maken/ werkwoorden
4. Blauwe woorden thema 5.2-5.6
5. Zelfstandig werken Taalcompleet
6. Reflectie
7. Vooruitblik


Slide 2 - Slide

This item has no instructions

1. Vorige les:
Zinsvolgorde hoofdzinnen
Enkelvoud/ meervoud
Boggle > meervouden maken
Zelfstandig werken Taalcompleet
Woordenschat dobbelspel




Slide 3 - Slide

Maak connectie met deze les
1. Vorige lesen:
We moeten praten over de presentie:





Slide 4 - Slide

Maak connectie met deze les
Lesdoelen: Na deze les ...
  • ken ik meer Nederlandse woorden
  • weet ik hoe ik gesloten vragen maak
  • weet ik waarom ....
  • heb ik gepland wat ik thuis ga doen

Slide 5 - Slide

Hou het bij max. 3
2. Woordle

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Slide 7 - Link

This item has no instructions

2. Woordle
Maak een goede zin met de woorden uit woordle.nl

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 9 - Link

3.13
3. Gesloten vragen maken
Wat is een gesloten vraag?

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Oefenen
Maak een gesloten vraag met de werkwoorden:
1. maken
2. gaan
3. koken
4. betalen
5. gebruiken
6. hebben
timer
6:00

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Ik snap alles!
😒🙁😐🙂😃

Slide 12 - Poll

This item has no instructions

4. Blauwe woorden
5.2-5.6
Werkblad

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

5. Taalcompleet
Heb je je doel bereikt? (= geplande huiswerk af)
Hoe zorg je ervoor dat je je doel bereikt?
 


Vragen over het huiswerk?
Tijd om zelfstandig te werken tot:          uur

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Link

This item has no instructions

Lesdoelen: Na deze les ...
  • ken ik meer Nederlandse woorden
  • weet ik hoe ik regelmatige werkwoorden vervoeg
  • kan ik verschillende werkwoordvervoegingen maken
  • heb ik gepland wat ik thuis ga doen

Slide 16 - Slide

Hou het bij max. 3
1 nieuw woord
1 ding dat je geleerd hebt vandaag
1 vraag

Slide 17 - Open question

This item has no instructions

6. Sluiting en vooruitblik:
Huiswerk?
Extra uitleg van?
Enkelvoud- meervoud
Zinsvolgorde

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

3 Boggle:
  1. Maak zoveel mogelijk woorden binnen de tijd
  2. Maak de woorden zo lang mogelijk



Maak een zo lang mogelijke zin met de gevonden woorden

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Slide 20 - Link

This item has no instructions

Slide 21 - Link

This item has no instructions

Presentie:
Vergeet niet je handtekening op de lijst te zetten!

Slide 22 - Slide

Op Bord:
  • Programma
  • Wachtwerk
Woordle:
Zoek het juiste woord

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Slide 24 - Link

This item has no instructions

Beter spellen:
Beantwoord 4 vragen op niveau 1 F

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Een zin bestaat uit woorden.
Wie / wat   =  onderwerp
werkwoord  =  persoonsvorm
lidwoord = de het een
zelfstandig naamwoord

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Wie  /  Wat
Wie is een  mens of dier,  bijvoorbeeld: jij, u, hij, papa, mijn broer....
Wat is een ding, bijvoorbeeld: het huis, een trein ....

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Slide 28 - Link

This item has no instructions