Bi-4M-Verslag PO werking indicatoren

Titel:
Voedingsstoffen aantonen
1 / 14
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 14 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 70 min

Items in this lesson

Titel:
Voedingsstoffen aantonen

Slide 1 - Slide

Let op bij titel?

De titel moet echt omschrijven waar de proef over gaat.
(titel moet de lading dekken)

Voor de titel noteer je je naam, klas en datum.

Slide 2 - Slide

Doel/Onderzoeksvraag

Met welke indicatoren kun je voedingsstoffen glucose, zetmeel en eiwit aantonen? 

Slide 3 - Slide

Let op bij doel/onderzoeksvraag?

-De onderzoeksvraag moet echt omschrijven wat je in de proef  gaat onderzoeken. (titel moet de lading dekken)

-In de conclusie moet je de onderzoeksvraag beantwoorden!

Slide 4 - Slide

Hypothese:
Ik denk dat de indicatoren alleen bij 1 van de drie voedingsstoffen zal verkleuren, bijv.
Joodoplossing bij eiwit
Hains zij zetmeel
Biureet 1 en 2 bij glucose
Zo kun je aantonen waar eiwit, glucose en zetmeel inzit.

Slide 5 - Slide

Benodigdheden:
- de indicator joodoplossing  
- de indicator Biureet 1 + 2  
- de indicator Hains  
- een rekje met hierin:  * drie reageerbuisjes met zetmeeloplossing  
                                                 * drie reageerbuisjes met eiwitoplossing  
                                                 * drie reageerbuisjes met glucose-oplossing  
- de indicator-kaarten  (hierop staat hoe je de indicatoren moet gebruiken) 

Slide 6 - Slide

Let op bij benodigdheden!

Benodigdheden als pen, tafel labjas zijn niet nodig om te noteren. Alleen dingen die specifiek voor deze proef nodig zijn.

Slide 7 - Slide

Werkwijze:
1. Pak 1 reageerbuisje met zetmeel, 1 buisje met eiwit,een buisje met glucose
2. Pak de indicator joodoplossing  
3. Pak de juiste indicatorkaart en lees hoe de indicator werkt  
4. Doe in alle 3 de buisjes (zoals genoemd bij punt 1) de indicator jodium  
5. Schrijf de kleuren op in de tabel (onder het kopje resultaten)  
6. Pak opnieuw 1 reageerbuisje met zetmeel, 1 buisje met eiwit en een buisje met glucose  
7. Pak de indicator biureet 1+2 

Slide 8 - Slide

vervolg Werkwijze:
8. Pak de juiste indicatorkaart en lees hoe de indicator werkt   
9. Doe in alle buisjes (zoals genoemd bij punt 1) de indicator biureet   
10. Schrijf de kleuren op in de tabel (onder het kopje resultaten)   
11. Pak 1 reageerbuisje met zetmeel, 1 buisje met eiwit en een buisje met glucose  
11. Pak 1 reageerbuisje met zetmeel, 1 buisje met eiwit en een buisje met glucose  
12. Pak de indicator Hains  
13. Pak de juiste indicatorkaart en lees hoe de indicator werkt  
14. Doe in alle buisjes (zoals genoemd bij punt 1) de indicator Hains  
15. Schrijf de kleuren op in de tabel (onder het kopje resultaten) 

Slide 9 - Slide

let op bij werkwijze!

Je werkwijze moet zo omschreven zijn dat iemand je verslag ziet en met dat verslag de proef exact kan herhalen

Slide 10 - Slide

Resultaten:




-Noteer hier ook de eventuele bijzonderheden die je ziet, ruikt of hoort.
-Grafieken horen ook bij de resultaten

Slide 11 - Slide

resultaten!

-Noteer bij de resultaten je waargenomen gegevens in een tekst, tabel en/of grafiek
-Noteer hier ook de eventuele bijzonderheden die je ziet, ruikt of hoort. 

Slide 12 - Slide

Conclusie:
1 Wat ben je te weten gekomen? 
  (beschrijf wat je uit jouw resultaten kunt opmaken)  
2 Geef een zo volledig mogelijke verklaring voor de resultaten die jij gevonden hebt. 
(bijv. je zag… gebeuren, dus dat betekent dat….. enz)  
3 Klopt de hypothese of juist niet? 
(het is niet erg als je hypothese niet blijkt te kloppen, maar geef hiervoor dan een mogelijke verklaring)

Slide 13 - Slide

Let op bij de conclusie:
-Geef een verklaring m.b.v. de resultaten, maar geen herhaling zonder verklaring.
-Lees je doel/onderzoeksvraag terug. Heb je deze beantwoord?
-Pas je hypothese NIET aan, maar leg uit waarom je denkt dat hij niet klopt

Slide 14 - Slide