T5 B4 KT

B4 Het zenuwstelsel
  • Zitten volgens de plattegrond
  • Spullen op tafel
       Boek, werkboek, schrift
  • Tas van tafel
  • Lees blz. 102 t/m 114
timer
3:00
Kennen/Kunnen
  • Je kunt de bouw en functies van het zenuwstelsel beschrijven
1 / 15
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

B4 Het zenuwstelsel
  • Zitten volgens de plattegrond
  • Spullen op tafel
       Boek, werkboek, schrift
  • Tas van tafel
  • Lees blz. 102 t/m 114
timer
3:00
Kennen/Kunnen
  • Je kunt de bouw en functies van het zenuwstelsel beschrijven

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?
  • Herhalen
  • Het zenuwstelsel
  • Tijd voor hw
  • Afsluiten

Slide 2 - Slide

Huiswerkrad
Sluit je vast aan bij de les
Getallen
Straf

Slide 3 - Slide

Op welk moment hoor je geluid echt?
A
Als geluid het oor in gaat
B
Als het geluid tegen het trommelvlies aan komt
C
Als geluid in het slakkenhuis is gekomen
D
Als de impuls van de gehoorzenuw in de hersenen is aangekomen

Slide 4 - Quiz

In welk deel van het oor wordt het geluid omgezet in een impuls?
A
trommelvlies
B
gehoorbeentjes
C
slakkenhuis
D
gehoorzenuw

Slide 5 - Quiz

Welk deel van het netvlies kan het best kleuren zien?
A
Witte vlek
B
Gele vlek
C
Groene vlek
D
Blinde vlek

Slide 6 - Quiz

De pupil kan groter en kleiner worden.
Je ligt 's nachts in bed en zet even je lamp aan. Wat gebeurt er dan? De pupil gaat van …
A
Groot naar klein
B
Klein naar groot
C
Middel naar groot
D
Hij blijft hetzelfde

Slide 7 - Quiz

Welk deel van het oog verandert prikkels in impulsen?
A
Pupil
B
Lens
C
Netvlies
D
Oogzenuw

Slide 8 - Quiz

Zenuwstelsel
Centrale zenuwstelsel:
hersenen en ruggenmerg




Slide 9 - Slide

Je raakt je fiets aan en voelt dat deze koud is. De impuls gaat van ..
A
huid > zenuw > ruggenmerg > hersenen
B
hersenen > ruggenmerg > zenuw > huid
C
huid > ruggenmerg > zenuw > hersenen
D
huid > hersenen > ruggenmerg > zenuw

Slide 10 - Quiz

Je gebruikt je voet om tegen een bal te schoppen. De impuls gaat van
A
beenspier > zenuw > ruggenmerg > hersenen
B
beenspier > ruggenmerg > hersenen > zenuw
C
hersenen > zenuw > ruggenmerg > beenspier
D
hersenen > ruggenmerg > zenuw > beenspier

Slide 11 - Quiz

verwerken van impulsen van de zintuigen
regelen van spieren
regelen van klieren

Slide 12 - Slide

Ga aan de slag met:
  • Lezen blz. 102 t/m 103
  • Maken Opdr. 1 t/m 9  blz. 104-108

Klaar met het bovenstaande?
  • Verder werken/lezen
  • Samenvatten
  • Ander huiswerk
  • Boek lezen
Zs = Werken in stilte
  • Geen vinger opsteken
  • Aan het werk
  • Stil en stoor niemand
  • Blijf op je plek
timer
6:00

Slide 13 - Slide

Ga aan de slag met:
  • Lezen blz. 102 t/m 103
  • Maken Opdr. 1 t/m 9 blz. 104-108

Klaar met het bovenstaande?
  • Verder werken/lezen
  • Samenvatten
  • Ander huiswerk
  • Boek lezen
Zf = Werken met fluisteren
  • Geen vinger opsteken
  • De docent komt langs
  • Aan het werk
  • Fluister alleen met de persoon naast je
  • Blijf op je plek

Slide 14 - Slide

Opruimdienst
Vandaag zijn dit
  • Alle tafels recht
  • Stoelen aangeschoven
  • Grond vrij van afval
  • Tafels leeg

Slide 15 - Slide