H2 unité 2 apprendre 1 tm 5

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

H2 unité 2 apprendre 1 tm 4

Vertaal:
knutselen

Vertaal:
de trainer

de scheidsrechter

Vertaal:
Mijn passie is muziek spelen.

Vertaal:
Het team wint (winnen = gagner) het toernooi.

Vertaal:
L'adversaire lance le ballon.

Vertaal:
espérer

Vertaal:
haut

Vertaal:
le point

Vertaal:
inoubliable

Vertaal:
progresser

1. vooruitgaan
2. ontwikkelen
3. doorgaan
4. controleren

Vertaal:
j'ai appris

1. ik heb gepakt
2. ik heb gezien
3. ik heb geleerd
4. ik heb gedaan

Vertaal:
On se voit

1. we zullen gaan
2. we zien elkaar
3. we groeten elkaar
4. we vinden elkaar

Vertaal:
le coude

Vertaal:
devenir

Apprendre 3: Pouvoir

oefenen via blooket 

 Kopieer en plak de link:

https://play.blooket.com/play?hwId=67b6d4322bb81fa44eae134e

Le livre =

1. mannelijk
2. vrouwelijk

La guitare =

1. mannelijk
2. vrouwelijk

une équipe =

1. mannelijk
2. vrouwelijk

mannelijk

vrouwelijk

meervoud

Le

Une

des

Un

La

Les

	mannelijk	vrouwelijk	meervoud
de/het	le / l'	la / l'	les
een	un	une	des

Wanneer gebruik je L' voor een zelfstandig naamwoord?

Het bezittelijk voornaamwoord

Voorbeelden: mijn, jouw, haar, hun

En français:

	mannelijk/ klinkerbotsing	vrouwelijk	meervoud
mijn	mon	ma	mes
jouw	ton	ta	tes
zijn/haar	son	sa	ses

Vertaal:
mijn vrienden

1. mon copains
2. ma copains
3. mes copains

Vertaal:
jouw team

1. ton équipe
2. ta équipe
3. tes équipe

het huis = la maison
Vertaal:
zijn huis

1. son maison
2. sa maison
3. ses maison

zijn trainer =

1. son entraineur
2. sa entraineur
3. ses entraineur

Vertaal:
mijn overwinning

Vertaal:
jouw spreekbeurt

Vertaal:
haar knie

	mannelijk/klinkerbotsing	vrouwelijk	meervoud
mijn	mon	ma	mes
jouw	ton	ta	tes
zijn/haar	son	sa	ses
ons, onze	notre	notre	nos
jullie / uw	votre	votre	vos
hun	leur	leur	leurs

Vertaal:
ons team

Vertaal:
uw helm

Vertaal:
hun passie

Vertaal:
jullie studie

Fais les exercices

blz. 63-65

Exercice 16 ABCD