Keuzedeel NAH, les 7

Communicatietechnieken
Doel bepalen van het gesprek
Actief luisteren
Storingen tijdens de communicatie


1 / 14
next
Slide 1: Slide
VerzorgendeMBOStudiejaar 3

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Communicatietechnieken
Doel bepalen van het gesprek
Actief luisteren
Storingen tijdens de communicatie


Slide 1 - Slide

Wat kan voor jou een reden (doel) om uitgebreid in gesprek te gaan met iemand met NAH?

Slide 2 - Open question

Soorten gesprekken
Informatief gesprek: informatie overdragen
Adviesgesprek: het geven van passende adviezen
Instructiegesprek: het geven van begrijpelijke instructie
Slechtnieuwsgesprek: het geven van slecht nieuws
Onderhandelingsgesprek: compromis sluiten / win-win situatie
Klachtengesprek: ingaan op de klacht van iemand met NAH
Voorbeelden per gesprek? 

Slide 3 - Slide

Actief luisterniveau's
Cosmetisch luisteren: luisteren, maar vooral bezig met je eigen gedachten. Je luistert niet 'echt'
Op gespreksniveau luisteren: luisteren en bezig met jouw gedachten en die van de ander. mening vormen of idee bedenken.
Actief luisteren: oprecht luisteren naar de ander. Open vragen stellen en belangstelling tonen. 

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Wat betekent 'geef LSD' in de communicatie?

Slide 6 - Open question

Wat betekent 'laat OMA thuis' in de communicatie?

Slide 7 - Open question

Wat betekent 'neem ANNA mee' in de communicatie?

Slide 8 - Open question

Wat betekent 'maak je niet DIK' in de communicatie?

Slide 9 - Open question

Slide 10 - Slide

Hoe laat je zien dat je luistert?
Knikken en hummen
Maak oogcontact
Geef korte bevestigingen tussendoor
Stel verhelderende vragen als je iemand niet snapt
Stel vragen en vraag door.
Vat een gedeelte van het gesprek samen in eigen woorden (parafraseren)
Toon empathie: laat merken dat je meeleeft met een ander (in woorden en gezichtsuitdrukking en lichaamstaal)

Slide 11 - Slide

Wat kan er fout gaan tijdens het gesprek?
Interne ruis: in de boodschap zelf (voorbeeld?)

Externe ruis: van buitenaf (voorbeeld?)

Storend gedrag: omdraaien, weglopen, aanvallen, overnemen, dooddoeners (hebben we allemaal wel eens last van), belachelijk maken, verkeerde grapjes maken. 

Slide 12 - Slide

Thuisopdrachten
Interview iemand met NAH (of een naaste)
Interview een zorgprofessional over zijn/haar werk met NAH
Bepaal het doel van het gesprek
Bedenk open vragen 
Toon oprechte belangstelling 
Voeg de uitwerkingen toe aan jouw portfolio

Slide 13 - Slide

Komende weken
11 januari : Wetgeving en het maken van een begeleidingsplan

18 januari: opstellen begeleidingsplan (laatste les) 

Slide 14 - Slide