vorm: hele werkwoord + uitgangen van de imparfait
bijv: je parlerais, tu parlerais, il parlerait, nous parlerions, vous parleriez, ils parleraient (ik zou praten, jij zou praten...)
NB: bij onregelmatige werkwoorden, moet je de stam leren (stam futur = stam conditionnel)!
bijv.: ser-(être) / aur-(avoir) / ir-(aller) / pourr-(pouvoir)
Let op: in de bijzin die ingeleid wordt door "si" in de betekenis van "als" komt geen conditionnel.
bijv: si j'avais le temps, j'irais à Amsterdam