VWO 6 Liquiditeitsrekening en afronding jaarrekening

Begintaak

Lees het artikel
1 / 50
next
Slide 1: Slide
BedrijfseconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 50 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Begintaak

Lees het artikel

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

en beantwoord deze vragen
Vat in één zin samen waar dit artikel over gaat
Wat is het gevolg van het 'rommelen' uit de titel van het artikel?
Hoeveel procent van de onderzochte bedrijven heeft een tik op de vingers gehad?

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Programma
  • Herhaling
  • Liquiditeitsrekening
  • Maken 5.37
  • EBIT en EBITDA
  • Maken 5.38 tm 5.42

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Herhaling

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Converteerbare obligaties:
Stel je kunt twee converteerbare obligaties met een nominale waarde van € 500 per stuk tegen bijbetaling van € 100 inwisselen tegen 10 aandelen. Wat is de conversieprijs?
A
€ 50
B
€ 60
C
€ 100
D
€ 110

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Welke posten
veranderen
bij conversie
boven pari
met bijbetaling?

Slide 6 - Open question

This item has no instructions

Niau NV heeft een 3,5% converteerbare obligatielening uitstaan. De conversievoorwaarden zijn: 8 obligaties (nominaal €40) met bijbetaling van €250 levert 5 aandelen (nominaal €100) op.
Wat is de conversieprijs (van één aandeel)?
A
€304
B
€64
C
€114
D
€93,75

Slide 7 - Quiz

€250 + 8 * €40 / 5 = €114

Niau NV heeft een 3,5% converteerbare obligatielening uitstaan. De conversievoorwaarden zijn: 8 obligaties (nominaal €40) met bijbetaling van €250 levert 5 aandelen (nominaal €100) op. De conversieprijs is €114. Hoeveel agio ontstaat er bij deze conversie?
A
€14
B
€570
C
€112
D
€70

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Lang vreemd vermogen
Kort vreemd vermogen
Hypothecaire lening
Obligatielening
Leverancierskrediet
Onderhandse lening
Afnemerskrediet
Converteerbare obligatielening

Slide 9 - Drag question

This item has no instructions

De liquiditeitenrekening

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Afschrijvingskosten komen op de:
A
liquiditeitsbegroting
B
resultaten begroting
C
beiden

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Het aflossen van een lening komt op de:
A
Liquiditeitsbegroting
B
Resultatenbegroting
C
Beiden

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Op de liquiditeitsbegroting staan de verwachte .....
A
Opbrengsten en kosten
B
Ontvangsten en uitgaven
C
Winsten en verliezen

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Liquiditeitsbegroting: wat is NIET waar?
A
geeft de geldstromen in het bedrijf weer
B
bestaat uit opbrengsten en kosten
C
ontvangsten kunnen wisselen per periode
D
laat zien of de ondernemer liquide is

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Permanentie
Kosten en opbrengsten
Balans
Ontvangsten en uitgaven
Winst per periode berekenen (bijv. per maand)
Resultatenbegroting
Momentopname
Liquiditeitsbegroting

Slide 16 - Drag question

This item has no instructions

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Resultatenrekening of Liquiditeitsrekening?

'Contante inkopen'


A
Resultatenrekening
B
Liquiditeitsrekening

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Resultatenrekening of Liquiditeitsrekening?

'Omzet'


A
Resultatenrekening
B
Liquiditeitsrekening

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

Resultatenrekening of Liquiditeitsrekening?

'Ontvangsten van debiteuren'


A
Resultatenrekening
B
Liquiditeitsrekening

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

Wat staat NIET op de Liquiditeitsrekening?
A
Winst
B
Ontvangsten
C
Beginsaldo
D
Eindsaldo

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

De Liquiditeitsrekening is altijd inclusief BTW
A
Juist
B
Onjuist

Slide 29 - Quiz

This item has no instructions

Maken 5.37 Kees van Os
timer
20:00

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

5.37 antwoorden

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

10 minuten

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Het uitbetalen van dividend komt op de:
A
Liquiditeitsrekening
B
Resultatenrekening
C
Beiden

Slide 36 - Quiz

This item has no instructions


Waardoor verbetert de liquiditeit?
A
De betalingstermijn van debiteuren wordt korter
B
De betalingstermijn van crediteuren wordt korter

Slide 37 - Quiz

This item has no instructions

Het aanschaffen en betalen van een nieuwe machine komt op de:
A
Liquiditeitsrekening
B
Resultatenrekening
C
Beiden

Slide 38 - Quiz

This item has no instructions

Wanneer er te weinig liquiditeit is (bank en kas zijn negatief) kan een bedrijf het beste:
A
een lening afsluiten
B
de omzet verhogen
C
crediteuren later betalen
D
de omzet uitsluitend contant afrekenen

Slide 39 - Quiz

This item has no instructions

Kleppen dicht

Slide 40 - Slide

This item has no instructions

Slide 41 - Slide

This item has no instructions

Slide 42 - Slide

This item has no instructions

Slide 43 - Slide

This item has no instructions

Slide 44 - Slide

This item has no instructions

Maken 5.38 Johnson 
timer
35:00

Slide 45 - Slide

This item has no instructions

Slide 46 - Slide

This item has no instructions

Slide 47 - Slide

This item has no instructions

Maken 5.39 OHVD
timer
15:00

Slide 48 - Slide

This item has no instructions

Slide 49 - Slide

This item has no instructions

Slide 50 - Slide

This item has no instructions