Workshop 3 Rekenen aan Reacties

Workshop 3 Rekenen aan Reacties deel A
1 / 15
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Workshop 3 Rekenen aan Reacties deel A

Slide 1 - Slide

Lesdoelen/begrippen
Atoombouw
Ontleden
Wet van Behoud van Massa
Wet van Constante Samenstelling
Overmaat/ondermaat
Rekenen aan massaverhoudingen

Slide 2 - Slide

Wat is NIET waar over ontledingsreacties?
A
ze zijn altijd endotherm
B
Ze leveren altijd nieuwe stoffen op
C
3 moest je er leren; fotolyse, thermolyse, electrolyse
D
het is altijd 1 stof --> meerdere stoffen

Slide 3 - Quiz

Wat zijn de deeltjes die zich in de kern van een atoom bevinden?
A
Fotonen
B
Elektronen
C
Protonen
D
Neutronen

Slide 4 - Quiz

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Wat is de lading van een elektron?
A
Positief
B
Negatief
C
Neutraal

Slide 7 - Quiz

Wet van Behoud van Massa
Antoine Lavoisier stelde deze wet op


massa beginstof(fen) = massa eindstof(fen)

Vandaar dat chemische reactievergelijkingen altijd kloppend moeten zijn

Slide 8 - Slide

Voorbeeld
Stof A + Stof B --> Stof C
massa stof A = 3 gram
massa stof C = 5 gram
massa van stof B = ?

Slide 9 - Slide

Wet van Constante Samenstelling
Louis Proust stelde deze wet op
Beginstoffen reageren volgens een bepaalde 
massa-verhouding



Reactie tussen
massaverhouding
ijzer en zuurstof
7 : 2
koolstof en zuurstof
3 : 8
waterstof en zuurstof
1 : 8 

Slide 10 - Slide

Rekenen met massaverhoudingen
Meer voorbeelden en verwerking in Werkblad 3
Hoeveel g zuurstof reageert er met 6,4 g koolstof?

Slide 11 - Slide

Overmaat / Ondermaat
Ijzer reageert met zwavel volgens de vergelijking;
Fe (s) + S (s) --> FeS (s)
De massaverhouding ijzer : zwavel is 7 : 4
Stel nu dat we 15 g ijzer laten reageren met 8 g zwavel
Welke beginstof is er dan teveel (in overmaat) en hoeveel dan?

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

En nu aan de slag!
Werkblad 3
indien klaar; videoles Fosfaat
(deze vormt een context voor de toets)

Slide 15 - Slide