This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
laptop, notitieboek en pen op tafel
tassen op de grond
telefoons in je tas
& Good Morning M3S!
Slide 1 - Slide
timer
1:00
Slide 2 - Slide
lesdoelen
Aan het eind van de les, weet je wat je sterke en zwakke kanten zijn tijdens het leren.
Aan het eind van de les, heb je geoefend met de strategie: jezelf toetsen.
*Leerdoelen zijn RTTI geformuleerd (in leerlingentaal).
Slide 3 - Slide
Terugblik
opwarming : 1) motiverende en sterke studiegewoontes
2 ) concrete leerdoelen formuleren
3) voor je lichaam en geest zorgen
intense workout
Slide 4 - Slide
effectief leren
niet-effectief leren
tekst
herlezen
oefentoets maken
tekst overschrijven
tekst in je eigen woorden opschrijven
flashcards
braindump
tekst markeren
Slide 5 - Drag question
herlezen
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Waarom is herlezen geen effectieve manier van leren volgens de tekst?
timer
1:00
Slide 8 - Open question
Welke groep was het effectiefst bezig?
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Jezelf toetsen, een paar tips
Slide 11 - Slide
Braindump Mondeling:
Schrijf alles op wat je nog weet over je artikel.
Flashcards Linking words:
schrijf op elk kaartje een linking word en aan de andere de categorie
Slide 12 - Slide
Vertel in 2 zinnen hoe het zelftesten bij jou ging.
timer
1:00
Slide 13 - Open question
Vragenlijst
- Kruis op p. 8 en 9 aan welke van de 35 vragen bij jou past.
- vervolgens kruis je op p. 10 aan welke vragen bij jou passen. Bij welke je de meeste kruisjes hebt gezet van de 7 typen, dat past bij jou.
- Op p. 11 staan dan tips die je kunnen helpen. Maak vervolgens in het vak op p. 12 een overzicht van je sterke en zwakke kanten tijdens het leren.
Slide 14 - Slide
Waarom doen we dit?
Als jij weet wat voor student je bent, kun je hier rekening mee houden tijdens het leren. Je weet wat goed gaat en wat je nog nodig hebt om het leren effectiever te maken.
Slide 15 - Slide
wat voor student ben je?
pietje precies, iemand van de grote lijn, piekeraar, chaoot, uitsteller, optimist, pessimist
Welke denk je dat je bent?
Slide 16 - Slide
Welke van deze eigenschappen is heel erg aanwezig als jij gaat leren: