Welke signaalwoorden horen erbij?
- Opsomming/ volgorde van tijd
Ik ging eerst naar de bakker, toen naar de slager en ik kocht brood, gebak en krentenbollen. Tot slot ging ik naar de slager.
We mochten niet naar school, maar moesten wel thuis les volgen. Toch vond ik dit wel leuk.