Hoofdstuk 4.2 Spanningsbronnen

Hoofdstuk 4  - Elektriciteit





4.2 Spanningsbronnen
1 / 29
next
Slide 1: Slide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 4  - Elektriciteit





4.2 Spanningsbronnen

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Lees de stroomsterkte af van deze stroommeter.
A
0,045 A
B
0,45 A
C
4,5 A
D
45 A

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Hoeveel mA is 0,045 A?

Slide 4 - Open question

This item has no instructions

Welke stroommeter is juist aangesloten?
A
Links
B
Rechts
C
Beide

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Opdracht 11.
Waarom brandt het lampje niet?
(vwo)

Slide 6 - Open question

This item has no instructions

Noem een aantal spanningsbronnen.

Slide 7 - Open question

This item has no instructions

Paragraaf 2
  •  Spanning
Spanning (U) meet je in volt (V).

Spanning = Verschil in elektrische energie die het deeltje op 2 punten in de stroomkring heeft. 


Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Wat is spanning ?

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Spanning
Spanning is als een opgeblazen ballon. Hoe verder je hem opblaast hoe strakker het rubber staat en hoe meer energie erin zit. En hoe verder hij komt.

Hoe hoger de spanning
hoe hoger de (lucht) stroomt.



Slide 10 - Slide

This item has no instructions

6.1 Spanningsbronnen
Voltmeter

Spanning kun je meten met een voltmeter 
of spanningsmeter

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Spanning meten
De spanning meet je met een (spanning/volt)meter
Eenheid van spanning is volt.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Paragraaf 2
    • Spanningsbronnen

    Een kleine batterij levert ongeveer 1,5 volt

    Een stopcontact levert ongeveer 230 volt

    Een (elektrische) trein rijdt op 1500 volt


    Slide 13 - Slide

    This item has no instructions

    Spanning
    Iedere batterij heeft zijn eigen spanning.

    Spanning word gemeten in Volt (V)

    Slide 14 - Slide

    This item has no instructions

    Spanning (U)
    Op een apparaat staat een spanning.
    Dit is de 'pompkracht' wat er voor zorgt dat een apparaat werkt. Dat is dus de energie die per seconde geleverd kan worden! 




    grootheid
    symbool
    eenheid
    symbool
    spanning
    U
    volt
    V

    Slide 15 - Slide

    This item has no instructions

    Hoeveel spanning komt er thuis uit een stopcontact?
    A
    22 volt
    B
    23 volt
    C
    220 volt
    D
    230 volt

    Slide 16 - Quiz

    This item has no instructions

    Slide 17 - Video

    This item has no instructions

    Condensator ontladen (vwo)

    Slide 18 - Slide

    This item has no instructions

    Batterijen schakelen
    • Vaak meerdere batterijen nodig
    • Batterijen doe je dan serie 
           schakelen 

      • Spanningen bij elkaar optellen

      Totale spanning = 1,5 V + 1,5 V = 3,0 V

      Slide 19 - Slide

      This item has no instructions

      Als je 4 batterijen van 1,5 volt in serie schakelt, dan krijg je een totale spanning van:
      A
      5,5 volt
      B
      6,0 volt
      C
      2,66 volt
      D
      2,5 volt

      Slide 20 - Quiz

      This item has no instructions

      Iedere batterij levert een spanning van 1,2 V. We willen een totale spanning van 2,4 V. Hoe is deze goed getekend?
      A
      Situatie a
      B
      Situatie b
      C
      Situatie c

      Slide 21 - Quiz

      This item has no instructions

      Slide 22 - Video

      This item has no instructions

      extra vwo

      Slide 23 - Slide

      This item has no instructions

      Spanning op stopcontact
      Op een stopcontact staat een netspanning van 230 V

      Wat is wel veilig?

      Als veilig grens een spanning van 
      24 V

      Slide 24 - Slide

      Benoemen isolatoren
      Transformator
      Op een stopcontact staat de netspanning: 230 V

      Een transformator zet die hoge spanning om in een lagere spanning. In een adapter zit een transformator.

      Slide 25 - Slide

      This item has no instructions

      Hier zit een transformator in!

      Slide 26 - Slide

      This item has no instructions

      Slide 27 - Video

      This item has no instructions

      Slide 28 - Slide

      This item has no instructions

      Huiswerk
      explore 2 : 
      maandag 12-02 
      maken paragraaf 4.2:  1 t/m 8



      Slide 29 - Slide

      This item has no instructions