Schrijfstijl-26mei

Schrijfstijl 
> Je leert hoe je een schrijfstijl kunt omschrijven
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Schrijfstijl 
> Je leert hoe je een schrijfstijl kunt omschrijven

Slide 1 - Slide

Waar denk je aan
bij 'schrijfstijl'?

Slide 2 - Mind map

Schrijfstijl


Taalgebruik, zinsbouw, woordkeuze, beeldspraak, 
ruimtebeschrijving, dialoog

Slide 3 - Slide

Schrijfstijl. Gebruikt de auteur

  •  Korte of lange zinnen 
  • Veel of weinig bijvoeglijke naamwoorden
  • Moeilijke of juist makkelijke woorden
  • Ouderwetse woorden (archaïsmen) of nieuwe woorden (neologismen)
  • (levendige) dialogen of juist niet 
  • Beeldende ruimtebeschrijvingen of juist weinig
  • Beeldspraak en wat voor beeldspraak

Slide 4 - Slide



Slide 5 - Slide


'Luchtig, bruut, af en toe ontroerend en lekker snel'  
- recensent NRC HANDELSBLAD 

Slide 6 - Slide


Eefje de Visser - Storm  
 
Hou je in, hou me vast, hou me tegen 
In een storm die maar niet overdrijft 
In een droom die we steeds herbeleven 
Een orkaan die we doen razen vannacht 
  
Hou je in, hou me vast, hou me tegen 
In een storm die maar niet overdrijft 
In een droom die we steeds herbeleven 
Nu het hart van de mens bonkt in de tijd 


Lil Kleine 
Uh, ik wil je zeggen wat ik voel 
Wat er allemaal in me omgaat 
Ik hou je vast als je effetjes loslaat, ey 
Echt, je weet dat ik het bont maak 
Ik maak een ruzie en je weet dat ik je ompraat 
Ik vind het kut dat ik niet vaak om je heen ben 
Ik vind het kut als je me zegt dat je alleen bent 
En jij hebt mij gemaakt tot wie ik nog steeds ben 
Dat is de reden dat jij m'n nummer één bent 
En jij moet weten dat ik altijd voor je klaarsta 
Ik ben niet echt op praatjes, schatje vraag maar 
Ey, ik vind het fijn als je me aankijkt 
Uh, ik vind het fijn als je me aanraakt 
En ik zeg het je niet vaak, je bent bijzonder 
Ik denk dat we spreken van een wonder 
Ik wil dat je blijft, ik wil niet dat je gaat 
Want ik kan niet zonder, echt ik kan niet zonder

Slide 7 - Slide

Nu jullie! 

Aan de slag met de eindopdracht in tweetallen/drietallen!

> Jullie krijgen een tekst en die lees je.
> Je kijkt wat opvalt aan de schrijfstijl  
> Je schrijft de verschillen met de tekst van jouw groepsgenoot op
> Je bepaalt wat voor effect het heeft op de lezer
> Je omschrijft deze stijl
15 minuten de tijd 






Slide 8 - Slide

Waar denk je
nu aan bij 'schrijfstijl'?

Slide 9 - Mind map

Hoe vond je deze les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 10 - Poll

Wat vond je moeilijk?

Slide 11 - Open question

Wat heb je geleerd deze les?

Slide 12 - Open question

Heb je de bagage gekregen om de schrijfstijl van jouw boek nu te omschrijven en te bepalen?
😒🙁😐🙂😃

Slide 13 - Poll