Herhalingsles hoofdstuk 1 Iran

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Herhaling hoofdstuk 1

Paragraaf tot en met 4 

Wat doen we vandaag: voorbereiding proefwerk volgende week

1.Lever je eiland in als deze klaar is

2.Kijk alles na, nakijkbladen vind je online in teams onder het kopje 'bestanden > Lesmateriaal'

3.Klaar? : Maak een mindmap van een door jouw uitgekozen paragraaf

4.Als alles is nagekeken gaan we klassikaal: Oefenen en herhalen!!

5.Hoe en wat ga je leren

Mindmap

Gebruik voor de volgende vragen je mindmap

Nakijken

Klaar? Maak een mindmap van een door jouw gekozen paragraaf.

Stel vragen!

Paragraaf 1

Kennismaken met Iran

Hoe kun je kaarten over Iran goed lezen?

Op welk continent ligt Iran

1. Europa
2. Midden-Oosten
3. Azië
4. Afrika

Wat is de juiste uitleg van het begrip kaart:

1. Een tekening
2. Een verkleinde tekening van een gebied
3. Een op een tekening van een gebied
4. Beschrijven van plaatsen en gebieden

Is deze kaart een overzichtskaart of een thematisch kaart? Leg je antwoord uit!

Dit is een thematische kaart --> een kaart met 1 thema

De bevolkingsspreiding in Iran is .....

Gelijk

Ongelijk

Welke vier dingen hebben je nodig om een kaart te kunnen lezen?

Paragraaf 2

Inzoomen op Teheran

Waarom is inzoomen en uitzoomen zo belangrijk bij aardrijkskunde? 

Drukte en rust

We zoomen in op de hoofdstad Teheran. Je hebt daar een groot verschil tussen het noorden van de stad en het zuiden van de stad

Noem een kenmerk van het zuiden van Teheran

Zuiden: oud, klein, dicht op elkaar, smal

kleine winkels, 

Noorden: Hoog, vrijstaand, nieuw, breed, veel groen, luxe en modern

Als ik eerst een wereldkaart bekijk en daarna een kaart van Europa en op het einde een kaart van Nederland. Wat ben ik dan aan het doen?

1. Inzoomen
2. Uitzoomen

Als ik een vraag beantwoord wat gaat over het Europa, dan ben ik op ... schaal bezig

1. Lokale schaal
2. Mondiale schaal
3. Continentale schaal
4. Nationale schaal

Ik bekijk een kaart over de provincie Utrecht. Welke schaal hoort hierbij?

1. Lokale schaal
2. Regionale schaal
3. Nationale schaal
4. Mondiaal

Paragraaf 3

Iran in de atlas

Hoe gebruik je de atlas? 

Verdeling aarde 

Noorwegen ligt op ....

Hoge breedte

Lage breedte

Maastricht ligt op lagere breedte dan Groningen

Juist

Onjuist

Vier belangrijke onderdelen bij atlasgebruik 

1. Inhoudsopgave: de nummers en de titels van alle atlaskaarten.

2. Bladwijzer: kaart met vakken waarin de nummers van de  kaartbladen staan.

3. - Topografische register: alfabetische lijst van alle namen van  plaatsen, rivieren en bergen.

-Trefwoordenregister: alfabetische lijst van alle onderwerpen  van de kaarten. 

4. Legenda: betekenis van de kleuren en symbolen op de kaarten.

Ik wil graag opzoeken door welk land de rivier Elbe stroomt. Waar moet ik gaan zoeken?

1. Inhoudsopgave
2. Bladwijzer
3. Topografisch register
4. Trefwoordenregister

Ik wil graag opzoeken hoe veel kaarten er zijn over neerslag. Waar moet ik gaan zoeken?

1. Inhoudsopgave
2. Bladwijzer
3. Topografische register
4. Trefwoordenregister

Als je vroeger naar Italië wilde, moest je met de auto over de bergen heen. Tegenwoordig hebben ze mooie tunnels gemaakt, waardoor je veel sneller in Italië bent. Verandert de absolute afstand of de relatieve afstand?

1. Absolute afstand
2. Relatieve afstand

Absolute afstand

De absolute afstand is de afstand in kilometers die hemelsbreed is gemeten. 

De absolute afstand verandert nooit.

De absolute afstand is de afstand in kilometers die hemelsbreed is gemeten. Dit betekent dat de afstand is gemeten in een rechte lijn. Kenmerkend voor de absolute afstand is dat hij voor iedereen gelijk is en nooit verandert.

Relatieve afstand

De relatieve afstand is de afstand die je uitdrukt in tijd, kosten en moeite.

Relatief wil zeggen dat je iets in relatie (= verband) ziet tot iets anders.   

De relatieve afstand is de afstand die je uitdrukt in tijd, kosten en moeite. Relatief wil zeggen dat je iets in relatie (= verband) ziet tot iets anders. Je brengt de reistijd bijvoorbeeld in verband met het vervoermiddel: ga je met de fiets of met de auto? De relatieve afstand is voor iedereen anders. Niet iedereen heeft een rijbewijs of geld om een vliegticket te kopen. En je moet een visum hebben om van Afrika naar Europa te reizen. Relatieve afstand verandert ook in de tijd (figuur 1.23). Het verplaatsen van mensen, goederen en informatie gaat steeds sneller en is steeds goedkoper. Vroeger duurde een reis naar Australië een paar maanden. Nu vlieg je er in 24 uur naartoe.

Beschrijf de verschillende hoogtegordels van de voet tot de top van de berg

Maken:

Maak de finish in je werkboek op bladzijde 20

Klaar? Maak de zelftoets online.

Wat en hoe kun je leren?

1.Hoofdstuk 1 paragrafen 1 t/m 4

2.'wat moet je leren' in het werkboek aan het einde van iedere paragraaf.

3. Leer de begrippen goed. Dit is echt de basis.
4.Vergeet het basisboek niet!

5. Maak je eigen toetsje met vraag én antwoord

EN als laatste

-Vergeet je liniaal/geodriehoek en rekenmachine niet mee te nemen!

-Neem een proefwerkblaadje en een pen mee!!