Gedragseconomie_samenvatting_hst 1 t/m 3

Hst 1_Par 1_Rationeel gedrag_4V
1 / 35
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 35 slides, with text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Hst 1_Par 1_Rationeel gedrag_4V

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Agenda les
  • Gedragseconomie intro d.m.v. wisbordjes en ultimatumspel 
  • Uitleg par 1.1 Rationeel gedrag en paragraaf 1.2
  • Zelf aan de slag

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Hoe rationeel ben jij? schrijf antwoord op wisbordje
Hans is 32 jaar oud, intelligent, maar fantasieloos, dwangmatig en weinig origineel. Goed in wiskunde en slecht in maatschappijvakken.
Zet de 8 uitspraken op volgorde van meest naar minst waarschijnlijk:
  1. Hans is een natuurkundige die in zijn vrije tijd poker speelt
  2. Hans is architect
  3. Hans is accountant
  4. Hans speelt in zijn vrije tijd trombone
  5. Hans surft graag in zijn vrije tijd
  6. Hans is journalist
  7. Hans is accountant die in zijn vrije tijd trombone speelt
  8. Hans houdt van bergbeklimmen in zijn vrije tijd

Slide 3 - Slide

Veel mensen baseren hun antwoord op gevoel, wat te maken heeft met representativiteit en stereotypering, niet op ratio.

Logisch zou zijn alle stellingen met 1 specialisme bovenaan te zetten.
Volgorde maakt niet uit.
Ultimatumspel
  • Ga in tweetallen tegenover elkaar zitten.
  • 1 speler is de bieder en heeft €1.000,- en speler 2 is de acceptant.  
  • De bieder beslist hoeveel hij/zij gaat aanbieden aan speler 2. Moet minimaal €100,- en maximaal €1.000,- zijn. Daar heeft hij/zij 1 minuut voor.  Geen overleg onderling. 
  • Speler 2 accepteert het bod of wijst het af. In het laatste geval heeft geen van beiden een opbrengst.
  • Nadat iedereen klaar is noteert docent uitslag op bord.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Slide 5 - Video

This item has no instructions

Wat zou de rationele uitkomst van ultimatumspel geweest zijn?
  • Speler 1 biedt speler 2 één kaart aan en houdt er zelf negen.
  • Vanuit speler 2: € 100,- is altijd meer dan €0,-  
  • Vanuit speler 1: € 100 weggeven en dan hou je er nog € 900,-

  • Rationeel gedrag: mensen handelen op basis van feiten met kennis van oorzaak en gevolg.(Klassieke economen)
  • Homo economicus

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Grenzen rationaliteit
  • Subjectiviteit i.p.v. objectief: doordat mens begrensd is in geheugen, kennisverwerking, rekenkundige capaciteit, wilskracht en informatieverwerking.
  • Mensen maken systematische fouten

  • Oplossing voor begrensde rationaliteit: Een groep maakt gemiddeld wel rationele keuzes.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Wat is gedragseconomie?
  • Het realistischer maken van de economische wetenschap door deze te voorzien van psychologische invloeden
  • Voorspelbaarheid
  • Beperkt-rationeel

  • Systemen in ons brein

  • Onderzoek naar menselijk oordeel en keuze
systeem 1 - snel, onbewust, emotioneel (95% van de gevallen)
systeem 2 - langzaam, bedachtzaam, logisch

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Reacties Automatische piloot
Heuristiek: 
- vuistregel voor de mens bij het maken van keuzes
- manier om met begrensde rationaliteit om te gaan
- leidt tot meer systematische fouten

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Video

This item has no instructions

Voorbeeld
Ijsjes!



1 bolletje    - €1
2 bolletjes - €2.50
3 bolletjes - €3

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Het doel van de catering in de bioscoop 
  • Twee opties: small en large 

Bioscopen streven ernaar om mensen meer 
geld te laten uitgeven aan popcorn.

Hoe kan de bioscoop dit bereiken?

copyright: Hochma, T. 2020

Slide 13 - Slide

-Aangeven: om mensen meer geld uit te laten geven aan popcorn wil je klanten verleiden om ander gedrag te vertonen (eerst klein nu groot)
Bioscoop wil dat de mensen meer geld uitgeven aan popcorn.
-Eerst zijn er 2 soorten popcorn, klein en groot.
Er is een duidelijk prijsverschil. De bioscoop wil natuurlijk dat jij die grote popcorn bestelt maar mensen kochten de kleine, omdat ze de grote te duur vonden. Je wil mensen verleiden tot ander gedrag. Hoe?
De oplossing van de bioscoop
  • Een afleider zorgt ervoor dat een aantal mensen meer geld uitgeven voor de duurdere large popcorn  in plaats van de goedkopere small popcorn. 

copyright: Hochma, T. 2020

Slide 14 - Slide

-De medium popcorn wordt toegevoegd als optie. Dat is de afleider. De large is maar 50 cent duurder dan de medium, en dan denk je eerder: dan pak ik large.
- De bioscoop wil niet dat je de medium popcorn koopt. De medium popcorn wordt gebruikt zodat jij de grote popcorn koopt in plaats van de kleine popcorn.

Slide 15 - Video

This item has no instructions

Reclame
Onbewust beïnvloeden door middel van het prikkelen van zintuigen en emoties 

Irritatie = merkherinnering               
                  herhaling slogans
Nudging = duwtje in de goede richting



Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen par 2.1 t/m 2.4
  • Je kunt het begrip relatieve opofferingskosten in eigen woorden omschrijven.
  • Je kunt het begrip lokvogel in eigen woorden omschrijven
  • Je kunt de invloed van inkomensvergelijking en status op keuzes omschrijven.
  • Je kunt de invloed van het ankereffect op je keuzes omschrijven

Slide 17 - Slide

Introduceer het leerdoel van de les aan de leerlingen.
Voorbeeld opofferingskosten
  • Stel je ziet in een winkel een bureaulamp voor €25. Een andere klant zegt dat precies dezelfde lamp voor €18,-  in een andere winkel 15 minuten lopen te koop is.
  • Koop je de lamp dan toch voor €25 of loop je een kwartier en koop je de lamp €7,- goedkoper?
  • De opofferingskosten van 15 minuten lopen zijn €7,-

Slide 18 - Slide

Geef een voorbeeld om de concepten van opofferingskosten en relatieve opofferingskosten te verduidelijken.
Voorbeeld opofferingskosten deel 2
  • Stel je ziet in een winkel een laptop voor €866. Uit een folder weet je dat de computer €859,-  in een andere winkel 15 minuten lopen te koop is.
  • Koop je de computer dan toch voor €866 of loop je een kwartier en koop je de computer voor €859,- ?
  • Ook hier zijn de opofferingskosten van 15 minuten lopen zijn €7,-.
  • Een homo economicus maakt bij beide keuzes (de computer en de lamp) dezelfde keuze (voor de laagste prijs)

Slide 19 - Slide

Geef een voorbeeld om de concepten van opofferingskosten en relatieve opofferingskosten te verduidelijken.
Relatieve opofferingskosten
Relatieve opofferingskosten zijn de opofferingskosten van de ene keuze ten opzichte van een andere keuze. Ze zijn belangrijk omdat ze kunnen helpen bij het nemen van beslissingen tussen alternatieve keuzes.
NB de homo economicus gaat niet uit van relatieve opofferingskosten.

Slide 20 - Slide

Geef een samenvatting van de belangrijkste concepten die in de les zijn behandeld. Herhaal het leerdoel van de les.
Keuze zonder lokvogel
Welke optie wordt het meest gekozen?
Keuze met lokvogel
Welk lidmaatschap wordt het meest gekozen?
Par 2.2 Lokvogel: 
- extra informatiebron om te kunnen vergelijken
- vaak een derde optie
- achterliggende gedachte: mensen houden niet van extremen!

Slide 21 - Slide

opdracht 2.4 en 2.5
  • Zelf aan de slag/ huiswerk



  • Lees paragraaf 1.1  door en onderstreep de belangrijke begrippen.
  • Lees paragraaf 1.2 door en onderstreep de belangrijkste begrippen.
  • Lees paragraaf 1.3 en 1.4  door en onderstreep de belangrijkste begrippen
  • Maak opgave 1.4 t/m 1.16

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Hst 3 gedragsbeïnvloeding door de overheid

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

3.1 Stimulerings- en ontmoedigingsmaatregelen
Demerit- goederen: producten waarvan de overheid het gebruik wil afremmen.

Merit-goederen: producten waarvan de overheid het gebruik wil stimuleren.
Zelfbinding: belangrijk bij doorbreken gewoontegedrag.

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Behavior Design model (blz 42)
Om gedrag te veranderen moet je boven (rechts van) de lijn komen

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

3.2 Framing en Nudging
3.2.1 Framing: de manier waarop je informatie presenteert, onderdeel is van het proberen te beïnvloeden van het gedrag van mensen.

3.2.2 Nudging: duwtje in bepaalde richting geven.

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

V.b. framing
V.b. Nudging

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Framing
  • Kan helpen tegen verliesaversie door te benadrukken dat je kan 'winnen' i.p.v verliezen.
  • Dus beter zeggen dat een medicijn de overlevingskans vergroot naar 90% dan dat het medicijn de kans op sterven verlaagd met 10%

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

v.b Onlinetraining marketing
  • Standaard: "Doe de onlinetraining marketing".
  • Uitgaande van de sociale norm: "300.000 mensen gingen u voor, doe de onlinetraining Marketing"
  • Posititieve (winst) framing: "Zo valt u op bij uw klanten, doe de onlinetraining Marketing.
  • Negatieve (verlies) framing: "Voorkom dat u niet opvalt bij klanten, doe de onlinetraining Marketing".

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Robert Beno Caildini
blz 45 boek
Psychologische beïnvloeding

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Ontwikkelen Nudge - duwtje
  • Welk probleem is er?
  • Waarom is het een probleem en sinds wanneer is het er?
  • Welke actoren zijn erbij betrokken?
  • Welk concreet gedrag zou het probleem kunnen oplossen?

Nudging omvat een combinatie van verschillende technieken om gedrag te veranderen. Zie volgende dia.

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Tabel 3.3 blz 47 boek

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Behavioural Insights Network Nederland (binnnl.nl)
Voorbeeld overheid nudging

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Keuzestructuur voorbeeld

Slide 35 - Slide

This item has no instructions