Paragraaf 4 + Paragraaf 6

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

Tekst

Hoofdstuk 2, paragraaf 4.

Milieuproblemen

Pagina 72

Studiewijzer

Week 3	Lesdoel	Opdracht
16/1 - t/m - 20/1	Je kunt uitleggen welke gevolgen industrialisatie had voor de natuur, het klimaat en de leefomgeving van mensen. Je kunt het ontstaan van milieuorganisaties beschrijven. Je kunt uitleggen wat politici hebben gedaan om milieuproblemen op te lossen . Je kunt de betekenis van spotprenten achterhalen.	1 t/m 13 van paragraaf 4, hfst 2. Opgave 1 + 2 van Paragraaf 6. Oefenen proefwerkweek.

Wat gaan wij doen vandaag?

• Milieu onder druk
• Bescherming van natuur en milieu
• De reactie van de politiek!
• Aan de slag
• Afsluiting + Enquête 

Bron 1: Milieuproblemen zorgen voor grote bezorgdheid bij burgers. Hierdoor gaan mensen vaker de straat op om de milieuproblematiek onder de aandacht te brengen.

A: Milieu onder druk

Vóór de industrie werd de natuur al vervuild.

Tot aan industrialisatie vervuiling op het milieu beperkt.

Milieu = De leefomgeving van de mens, zoals het water, de lucht en de grond. 

A: Milieu onder druk

Gevolgen industrialisatie:

1. Industrialisatie veroorzaakte milieuvervuiling door fijnstof uit te stoten.
2. De wereldbevolking groeide heel hard, dus moesten fabrieken meer produceren
3. Na 1950 nam de welvaart sterk toe (Mensen gaan luxe goederen kopen)
4. Uitstoten broeikasgassen door verbranding steenkool/benzine. Gevolgen voor Klimaatverandering. = Opwarming van aarde door broeikasgassen

Bron 2: In 1980 bleek dat een woonwijk in Lekkerkerk gebouwd was op zwaar vervuilde grond. Er lagen vaten met chemisch afval begraven.

B: Bescherming van natuur en milieu (!)

Door de Industriële revolutie kwam de natuur in verdrukking:

Rond 1900: Oprichting Natuurmonumenten. Jaren 60' kwamen er meer milieuorganisaties.

Grenzen aan groei: Wetenschap ontdekte de schadelijke gevolgen door milieuvervuiling.

Bron 3: Duitse appelboomgaard nabij Leipzig wordt bespoten met landbouwgif dat schadelijke gevolgen heeft voor het milieu, 1973. (Deutsches Bundesarchiv)

B: Bescherming van natuur en milieu (!)

(!) 1972: Verschijnt het rapport van de Club van Rome.

Waarschuwde voor: 

1. Opraken natuurbronnen waardoor de economische groei zou stoppen.
2. Door groeiende productie zou het milieu zo sterk vervuilen dat de aarde onleefbaar zou worden.

Bron 5: Jaarlijkste bijeenkomst van de Club van Rome. Deze club bestond uit geleerden en politici en grote bedrijven die milieuvervuiling onder de aandacht wilden brengen.

C: De reactie van de politiek (!)

Het Rapport van de Club van Rome zorgde voor bezorgdheid.

Jaren 70:

Eerste Milieubeleid. 

= Dat wat de overheid wil bereiken op het gebied van milieu en de maatregelen die daarvoor nodig zijn. 

Na 1990: Klimaatverandering onder de aandacht.

2015: Klimaatakkoord van Parijs. 

Beleid wordt aangepast op op duurzaamheid.

= Verstandig gebruikmaken van de natuur en daarbij rekening houden met de toekomst. 

Aan de slag!

Lees: Paragraaf 4 A, B + C.

Maak:

Opgave 1 t/m 13

Klaar?

Leren voor de proefwerkweek. Samenvatten, Flitskaarten, tijdlijnen, etc. 

Einde van de les: Iedereen t/m opgave 6!

Afsluiter

Wat weet je nog over: Milieuproblemen?

Een aantal leerlingen krijgen een stift en mogen op het bord opschrijven wat ze hiervan nog weten. 

Enquete invullen

Gaat over verdient vertrouwen.

https://forms.office.com/Pages/ResponsePage.aspx?id=e0kkeRl16ESIBnZb2dtcERLA1nfIFg5JmYhNvAZXXGRUQTJDNTdWVEVFSDJDRVA0UUk2OFZMWUZBUS4u

Tekst

Hoofdstuk 2, paragraaf 6.

Oefenen met spotprenten

Pagina 82

Wat gaan wij doen vandaag?

• Terugblik
• Studiewijzer
• Opdracht 1 (blz 83).
• Aan de slag!
• Afsluiting 

Bron 2: Tekening van Albert Hahn (1905). De fabrikant lacht ''Zo gaat het goed''. 

Studiewijzer

Week 3	Lesdoel	Opdracht
16/1 - t/m - 20/1	Je kunt uitleggen welke gevolgen industrialisatie had voor de natuur, het klimaat en de leefomgeving van mensen. Je kunt het ontstaan van milieuorganisaties beschrijven. Je kunt uitleggen wat politici hebben gedaan om milieuproblemen op te lossen. Je kunt de betekenis van spotprenten achterhalen.	1 t/m 13 van paragraaf 4, hfst 2. Opgave 1 + 2 van Paragraaf 6. Oefenen proefwerkweek.

Bron 1: 'Twee soorten nachtarbeid in Limburg'. Deze tekening van Albert Hahn stond in een tijdschrift dat opkwam voor arbeiders (1906).

Aan de slag!

Maak:

Hoofdstuk 2, paragraaf 6, Opgave 2.

(Dit is aan het einde van de les AF!)

Klaar?

Maken: Afsluiting.

Leren voor de proefwerkweek. 

Afsluiter

Bespreken opgave 2.

Kijk mee en kijk na.