medicatie

les 5
medicatie
subcutaan en im
med rekenen ( als we dit redden) 

praktijk les vanmiddag.
1 / 22
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 4

This lesson contains 22 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

les 5
medicatie
subcutaan en im
med rekenen ( als we dit redden) 

praktijk les vanmiddag.

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Medicatie (basis)

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Medicatie:

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Testen voorkennis
1. Waarom en wat is het verschil in medicatievorm?
     Tabletten- capsule-dragees

2. Met welke twee wetten hebben we te maken bij medicatie?

3. Wat hoort allemaal genoteerd te staan op een medicatie overzicht?



Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Toedieningswegen

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Drie soorten namen

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Naamgeving medicatie 
chemische naam = nauwkeurige beschrijving van de atomen die de stof bevat 
(Para-acetylaminofenol)

stofnaam of generieke naam = beschrijving van de stof(fen) die in het medicijn zitten (paracetamol) onder deze naam herkennen wij vaak de werking van het medicijn

merknaam = fantasienaam verzonnen 
door fabrikant

Slide 7 - Slide

® betekent
dat het een geregistreerd handelsmerk is en dat
niemand anders die naam mag gebruiken
Medicatie groepen:

Slide 8 - Slide

® betekent
dat het een geregistreerd handelsmerk is en dat
niemand anders die naam mag gebruiken

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Categorieën antistolling
  • Trombocyten aggregatie remmers: Acetylsalicylzuur, carbasalaatcalcium: langzaam.
  • Vitamine K antagonisten: Acenocoumarol, fenprocoumon: werkt vitamine K tegen en daardoor worden er minder goed functionerende stollingsfactoren gemaakt
  • Directe werkende orale anticoagulantia:  apixaban (eliquis) : vrij nieuw middel/ nieuwe manier van antistolling
  • Heparinen: fraxiparine, heparine.
  • Trombolytica: bv bij trombose: werkt snel en acuut : Alteplase

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

INR
Stollingstijd van het bloed
Hoe hoger de INR, hoe langer
het duurt voor uw bloed stolt.

Van nature is de INR-waarde 1
 streefwaarde met med: 2.0 en de 3.5. D


Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Antibiotica
Remt ontsteking door bacteriën
Niet werkzaam bij virussen

Bij veelvuldig gebruik --> kans op resistentie!




Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Cytostatica
Doel: Remt de tumorgroei
Therapieën: Chemotherapie, Immunotherapie
en Target therapie( meer doelgericht)

Aandachtspunten:
Excreta besmet !! --> uitscheidingsproducten
Beschermende maatregelen  (bijwerkingenbijkanker.nl)

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Inhalatiemedicatie

  • Poederinhalatie
  • Verneveling

Welke indicaties?

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Verschil dosisaerosol en poederinhalator

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Vernevelen

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

laxantia

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Soorten
-microlax 
-Klysma's 
- sachets/ drank:

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Bingo!
DE......
Medicatie BINGO!!

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Indicatie voor toedienen medicatie per injectie
  • indien de zv niet kan slikken,
  • veel braakt
  • geen voeding of vocht per os mag of kan gebruiken
  • wanneer het geneesmiddel snel moet worden opgenomen
  • wanneer het geneesmiddel door het maagdarm kanaal wordt afgebroken
  • precieze dosering van het medicijn

Slide 22 - Slide

This item has no instructions