Les 33: Verleidings- en taaltechnieken in reclame

1 / 16
next
Slide 1: Video
NederlandsSecundair onderwijs

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 6 videos.

Items in this lesson

Slide 1 - Video

Welke verleidingstruc of taaltechniek werd er gebruikt?
A
catchy slogan
B
product vergelijken
C
humor
D
bekend persoon

Slide 2 - Quiz

Slide 3 - Video

Welke verleidingstruc of taaltechniek werd er gebruikt?
A
voordeelactie
B
personificatie
C
alliteratie
D
overdrijving

Slide 4 - Quiz

Slide 5 - Video

Welke verleidingstruc of taaltechniek werd er gebruikt?
A
voordeelactie
B
personificatie
C
alliteratie
D
overdrijving

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Video

Welke verleidingstruc of taaltechniek werd er gebruikt?
A
voordeelactie
B
personificatie
C
alliteratie
D
overdrijving

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Video

Welke verleidingstruc of taaltechniek werd er gebruikt?
A
catchy slogan
B
product vergelijken
C
humor
D
bekend persoon

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Slide

Welke verleidingstruc of taaltechniek werd er gebruikt?
A
catchy slogan
B
product vergelijken
C
humor
D
bekend persoon

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Video

Welke verleidingstruc of taaltechniek werd er gebruikt?
A
catchy slogan
B
product vergelijken
C
humor
D
bekend persoon

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Slide

Welke verleidingstruc of taaltechniek werd er gebruikt?
A
voordeelactie
B
personificatie
C
alliteratie
D
overdrijving

Slide 16 - Quiz