18 EBG - niet of geen

De ontkenning
1 / 25
next
Slide 1: Slide
NT2Middelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

De ontkenning

Slide 1 - Slide

Welke twee woorden kun je gebruiken om een zin ontkennend te maken?

Slide 2 - Open question

De ontkenning
Niet of geen??


Wiam drinkt geen koffie.
Mijn broer werkt niet.

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Vul de juiste ontkenning in:

Ik heb ... hond.
A
geen
B
niet

Slide 14 - Quiz

Vul de juiste ontkenning in:

Ik lust ... pannenkoeken.
A
niet
B
geen

Slide 15 - Quiz

Vul de juiste ontkenning in:

Ik heb mijn huiswerk ... gemaakt.
A
geen
B
niet

Slide 16 - Quiz

Ga je op vakantie?
Nee, ik ga ....... op vakantie.

Slide 17 - Open question

Geef antwoord op de vraag. Gebruik niet/geen.

Heb je een huisdier?

Slide 18 - Open question

Geef antwoord op de vraag. Gebruik niet/geen.

Vind je hardlopen leuk?

Slide 19 - Open question

Geef antwoord op de vraag. Gebruik niet/geen.

Heb je Chinese les?

Slide 20 - Open question

Wanneer gebruik je 'niet' ?

Slide 21 - Open question

Wanneer gebruik je 'geen' ?

Slide 22 - Open question

Slide 23 - Link

Maak de zinnen ontkennend
Adam en Cassian luisteren altijd.
Ik zit in de les.
Ik ben blij. 
Ik heb een leuke klas.
Drink jij koffie?
Wij hebben twee telefoons.
Hij gaat graag naar de stad.

Slide 24 - Slide

       Grammatica
Lees de uitleg op bladzijde 70

Maak opdracht 55 en 56

Slide 25 - Slide