Dag 4

                                           Thema 4
eten
1 / 12
next
Slide 1: Slide
NT2Middelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

                                           Thema 4
eten

Slide 1 - Slide

het fruit
  • lekkere vruchten aan bomen of planten
  • je kunt het eten
  • voorbeeld: appels en peren. 
  • zin: Fruit eten is gezond. 
20

Slide 2 - Slide

gezond
  • je goed voelen
  • geen klachten hebben
  • gezond < --- > ongezond
  • zin: Mijn oma leeft heel gezond. 
  • zin: Fruit eten is gezond
22

Slide 3 - Slide

het glas
  • voorwerp van glas om uit te drinken
  • het glas - de glazen 
  • zin: Ik drink water uit een glas.  
  • zin: De glazen staan in de kast. 
23

Slide 4 - Slide

de groente
  • Sla, tomaat, broccoli, prei zijn soorten groenten.
  • de groente - de groenten
  • zin: Groente is heel gezond.
  • zin: Elke dag 250 gram groente is goed.
25

Slide 5 - Slide

de jam
  • is gemaakt van fruit
  • zoet
  • zit in een glazen pot
  • smeren met een mes
  • zin: Ik doe jam op mijn brood.
  • zin: De jam plakt.
28

Slide 6 - Slide

Op welk plaatje zie je:
fruit?
20
A
B
C
D

Slide 7 - Quiz

21
euro
ander geld

Slide 8 - Drag question

Wat is gezond?
22
A
fruit en groente eten
B
sporten
C
slapen
D
ontspannen en chillen

Slide 9 - Quiz

Wat is goed?
23
A
het glas - de glazen
B
de glas - de glazen
C
het glas - de glassen
D
de glas - deglassen

Slide 10 - Quiz

timer
1:00
25
de groente
het fruit

Slide 11 - Drag question

Wat is dit?
28

Slide 12 - Open question