DIGITALE DIDACTIEK inleiding + ontwerpprincipes voor multimedialeren

digitale didactiek
inleiding + ontwerpprincipes voor multimedialeren
1 / 15
next
Slide 1: Slide
ExcelBeroepsopleiding

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

digitale didactiek
inleiding + ontwerpprincipes voor multimedialeren

Slide 1 - Slide

ICT

Slide 2 - Slide

ICT
A
Informatie- en Communicatie-technologie
B
Incompetentie Creëren Tactieken
C
Irritante Computer Trubbels
D
Irrationele Connectiviteit Trauma's

Slide 3 - Quiz

 hulpmiddelen -> onderwijs 
= diverse digitale technologieën, variërend 
->(digitaal) bord -computer, laptop, mobiel toestel, app ... 
GEEN onderscheid tss hard- en software
elk middel beschouwen we als een digitale technologie.

Slide 4 - Slide

Ontwerpprincipes multimedialeren

Slide 5 - Slide

1ste visie

2de visie
multimedia = aanbieden van leermateriaal 
nadruk op zintuigen die gebruikt worden bij ontvangen info
illustraties & tekst 
animatie & presentaties & gesproken tekst 

Slide 6 - Drag question

3 basisassumpties
1. dual channel assumptie --> stelt mensen leren via 
  • auditief/verbaal kanaal (informatie die ons aangeboden wordt via het gesproken woord en die we dus horen)
  • pictorieel/visueel kanaal (informatie die ons bereikt via beelden en die we dus zien).
Beide treden in interactie tijdens verwerven van informatie.

Slide 7 - Slide

3 basisassumpties
2. limited capacity assumptie 
--> stelt slechts fractie van alles wat mens via beide verwervingskanalen binnenkrijgt, kan vastgehouden worden in het werkgeheugen.

Slide 8 - Slide

3 basisassumpties
3. active processing assumptie --> zegt dat personen de aangeboren neiging hebben om zich op hun eerdere ervaringen te baseren bij het selecteren & verwerken van nieuwe informatie.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Link

ontwerpprincipes samengevat

Slide 11 - Slide

  • Multimediaprincipe
Tekst én beeld is beter dan tekst alleen.
  • Ruimtelijk nabijheidsprincipe
De ruimte tussen corresponderende woorden en beelden moet minimaal zijn.
  • Tijdelijk nabijheidsprincipe
Corresponderende woorden en beelden moeten tegelijkertijd verschijnen.
Coherentieprincipe
Vermijd overbodige, ongerelateerde woorden, beelden en geluiden.
Signaleringsprincipe
Stuur de aandacht naar kritische en essentiële aspecten van het leermateriaal d.m.v. extra markeringen.




  • Multimediaprincipe
Tekst én beeld is beter dan tekst alleen.
  • Ruimtelijk nabijheidsprincipe
De ruimte tussen corresponderende woorden en beelden moet minimaal zijn.
  • Tijdelijk nabijheidsprincipe
Corresponderende woorden en beelden moeten tegelijkertijd verschijnen.
  • Coherentieprincipe
Vermijd overbodige, ongerelateerde woorden, beelden en geluiden.
Signaleringsprincipe
Stuur de aandacht naar kritische en essentiële aspecten van het leermateriaal d.m.v. extra markeringen.




Slide 12 - Slide

  • Multimediaprincipe
Tekst én beeld is beter dan tekst alleen.
  • Ruimtelijk nabijheidsprincipe
De ruimte tussen corresponderende woorden en beelden moet minimaal zijn.
  • Tijdelijk nabijheidsprincipe
Corresponderende woorden en beelden moeten tegelijkertijd verschijnen.
Coherentieprincipe
Vermijd overbodige, ongerelateerde woorden, beelden en geluiden.
Signaleringsprincipe
Stuur de aandacht naar kritische en essentiële aspecten van het leermateriaal d.m.v. extra markeringen.




  • Signaleringsprincipe
Stuur de aandacht naar kritische en essentiële aspecten van het leermateriaal d.m.v. extra markeringen.
  • Redundantieprincipe (Overtolligheidsprincipe)
Beeld plus audio is beter dan beeld plus audio plus tekst.
Dat laatste leidt tot ‘cognitieve overload’.
  • Segmenteringsprincipe
Verdeel de leerstof in behapbare onderdelen.
  • Voortrajectprincipe
Zorg er met een voortraject voor dat je leerling niet als een leek aan de eigenlijke cursus begint.Signaleringsprincipe
Stuur de aandacht naar kritische en essentiële aspecten van het leermateriaal d.m.v. extra markeringen.




Slide 13 - Slide

  • Multimediaprincipe
Tekst én beeld is beter dan tekst alleen.
  • Ruimtelijk nabijheidsprincipe
De ruimte tussen corresponderende woorden en beelden moet minimaal zijn.
  • Tijdelijk nabijheidsprincipe
Corresponderende woorden en beelden moeten tegelijkertijd verschijnen.
Coherentieprincipe
Vermijd overbodige, ongerelateerde woorden, beelden en geluiden.
Signaleringsprincipe
Stuur de aandacht naar kritische en essentiële aspecten van het leermateriaal d.m.v. extra markeringen.




  • Modaliteitsprincipe
In combinatie met beeld is audio beter dan geschreven tekst. Dat laatste leidt tot overbelasting van het visuele kanaal.
  • Personaliseringsprincipes
Gebruik een communicatieve schrijfstijl (inbegrip van het gebruik van de ik- en je-vorm) & een vriendelijke, menselijke stem.
  • Principe van de individuele verschillen
Designeffecten spelen sterker bij leerlingen met weinig voorkennis & bij leerlingen met een slechter ruimtelijk inzicht. begint.Signaleringsprincipe
Stuur de aandacht naar kritische en essentiële aspecten van het leermateriaal d.m.v. extra markeringen.




Slide 14 - Slide

hoe leuk was deze presentatie?

Slide 15 - Mind map