What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Woordenschat en zinsontleding
Welkom!
Vandaag:
Herhalen zinsontleding en woordbenoeming
1 / 20
next
Slide 1:
Slide
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
This lesson contains
20 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Welkom!
Vandaag:
Herhalen zinsontleding en woordbenoeming
Slide 1 - Slide
Wat is het verschil tussen woordbenoeming en zinsontleding?
Slide 2 - Open question
Persoonsvorm
Onderwerp
Gezegde
Lijdend
voorwerp
Meewerkend
voorwerp
Die aardige jongen
heeft
een bos bloemen
aan het meisje
gegeven.
Slide 3 - Drag question
Persoonsvorm
Onderwerp
Gezegde
Lijdend
voorwerp
Meewerkend
voorwerp
De scheidsrechter
heeft
een rode kaart
aan onze trainer
gegeven.
Slide 4 - Drag question
Wat is de persoonsvorm en het gezegde van de zin?
Het onverwachte ongeluk was goed afgelopen.
A
Was
B
Afgelopen
C
Was afgelopen
D
was goed afgelopen
Slide 5 - Quiz
Wat is het onderwerp van de zin?
De appels liggen in de fruitmand naast de bananen.
A
De bananen
B
de appels en de bananen
C
in de fruitmand naast de bananen
D
de appels
Slide 6 - Quiz
Wat is het meewerkend voorwerp in deze zin?
Sinterklaas geeft kinderen cadeau’s.
A
Kinderen
B
Cadeau's
C
Sinterklaas
D
Geeft
Slide 7 - Quiz
Vandaag loop ik naar school.
A
In deze zin staat een persoonsvorm
B
In deze zin staat een infinitief
C
In deze zin staat een voltooid deelwoord
Slide 8 - Quiz
Vandaag ben ik naar school gelopen.
A
In deze zin staat een persoonsvorm
B
In deze zin staat een infinitief
C
In deze zin staat een voltooid deelwoord
D
In deze zin staat een persoonsvorm en een voltooid deelwoord.
Slide 9 - Quiz
Wat is het werkwoordelijk gezegde:
Vandaag ben ik naar school gelopen.
A
Ben
B
Gelopen
C
Ben gelopen
Slide 10 - Quiz
Jan gaat morgen met pensioen.
Slide 11 - Slide
Jan
gaat
morgen
met pensioen
.
Ow pv bwb van tijd lijdend voorwerp
Slide 12 - Slide
Lisa geeft aan Lotte een cadeau.
Slide 13 - Slide
Lisa
geeft
aan Lotte
een cadeau
.
ow pv mwv lijdend voorwerp
Slide 14 - Slide
Woordbenoeming
Benoem nu elk woord apart
Slide 15 - Slide
Jan gaat morgen met pensioen.
Slide 16 - Slide
Jan = zelfstandig naamwoord
gaat = zelfst. werkwoord
morgen = bijwoord
met = voorzetsel
pensioen = zelfstandig naamwoord
Slide 17 - Slide
Lisa geeft aan Lotte een prachtig cadeau.
Slide 18 - Slide
Lisa = zelfst. naamwoord
geeft= zelfst. werkwoord
aan = voorzetsel
Lotte = zelfst. naamwoord
een = onbepaald lidwoord
prachtig = bijvoeglijk naamwoord
cadeau = zelfst. naamwoord
Slide 19 - Slide
Aan de slag!
Slide 20 - Slide
More lessons like this
Zinsontleden: alles door elkaar
November 2021
- Lesson with
11 slides
Nederlands
Basisschool
Groep 8
zinsonteleding
May 2020
- Lesson with
16 slides
Taal
Basisschool
Groep 8
Zinsontleding thema 7 les 7 groep 8
December 2022
- Lesson with
23 slides
Taal
Basisschool
Groep 8
Zinsontleding thema 7 les 19
June 2021
- Lesson with
22 slides
Taal
Basisschool
Groep 8
Zinsontleding
March 2022
- Lesson with
25 slides
Taal
Basisschool
Groep 8
Zinsontleding persoonsvorm, gezegde, onderwerp, lijd vw, meew vw
February 2024
- Lesson with
25 slides
Taal
Basisschool
Groep 7
Zinsontleding
November 2022
- Lesson with
14 slides
Zinsontleding
4 hours ago
- Lesson with
32 slides
Taal
Basisschool
Groep 8