De komende weken gaan wij aan de slag met deel A, je gaat zelfstandig aan de slag met de taken. Wekelijks is er een weektaak in de les, zorg ervoor dat je deze aan het eind van de week af hebt getekend.
1 / 15
next
Slide 1: Slide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4
This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 100 min
Items in this lesson
Werken in de kinderopvang deel C
De komende weken gaan wij aan de slag met deel A, je gaat zelfstandig aan de slag met de taken. Wekelijks is er een weektaak in de les, zorg ervoor dat je deze aan het eind van de week af hebt getekend.
Slide 1 - Slide
Het doel van deel C
Peuters kunnen verzorgen (tussendoortjes aanbieden, zindelijkheid, insmeren zonnebrandproducten)
Activiteiten voor peuters kunnen voorbereiden, uitvoeren en afsluiten (voorlezen, liedjes zingen, dansen en bewegen)
EHBO bij kinderen kunnen toepassen (schaafwond verzorgen, handelen bij vergiftiging)
Huishoudelijke werkzaamheden kunnen uitvoeren (opruimen en schoonmaken)
Slide 2 - Slide
Werken met weektaken
In de volgende slide zie je de weektaken voor komende week. Het is de bedoeling dat je aan het einde van de week de opdrachten af hebt. Ook zie je een kolom met praktische opdrachten. Deze opdrachten lever je digitaal in via magister.
Slide 3 - Slide
Een kind tussen de 1,5 en 4 jaar noemen we een ..
A
Kleuter
B
Peuter
C
Basisschoolkind
D
Baby
Slide 4 - Quiz
Bram is 3 jaar oud en is dan een..
A
baby
B
kleuter
C
peuter
D
dreumes
Slide 5 - Quiz
Een kleuter wil graag samen spelen, een peuter liever alleen
baby's en peuters willen alles in hun omgeving ontdekken
B
baby's en peuters dragen nog een luier
C
kinderen kunnen zelf bepalen wanneer ze naar de wc moeten
D
kinderen luister goed naar hun pubers en doen wat ze vragen?
Slide 8 - Quiz
Wat is het verschil tussen objectief en subjectief?
A
Objectief is je mening, subjectief is zakelijk
B
Objectief is feitelijk en subjectief ook
C
Objectief is feitelijk en subjectief is je mening
Slide 9 - Quiz
Welke activiteiten horen bij de fijne motoriek?
A
een stukje speelgoed vastpakken
B
hoofdje optillen
C
een blokje in een doosje doen
D
een lepeltje naar de mond brengen
Slide 10 - Quiz
In het geval van een peuter met een driftbui? Wat kun je dan beter niet doen?
A
Straffen
B
Toegeven
C
Onderhandelen
Slide 11 - Quiz
Waarom is het beter om voor peuter en kleuters aparte tandpasta te gebruiken?
A
Daar zit minder 'fluoride' in
B
Daar zit minder suiker in
C
Daar zit meer 'fluoride' in
D
Dat maakt de tanden beter schoon
Slide 12 - Quiz
De peuter is egocentrisch ingesteld. Dit betekent:
A
Alles voor zich zelf wil hebben
B
Geen contact kan maken met andere kinderen
C
Alles zelf wil doen
D
Zichzelf als middelpunt beschouwt
Slide 13 - Quiz
Wat doe je als je zindelijkheidstraining geeft?
A
Je leert een peuter op tijd naar het toilet te gaan
B
Je traint je hond zodat hij goed luistert
C
Je leert anderen hoe zij zin maken
D
Je maakt het anderen naar de zin
Slide 14 - Quiz
Afsluiting
Deze week heb je deel C afgemaakt, je hebt de praktische opdrachten ingeleverd via magister. Wees verantwoordelijk en zorg ervoor dat deel C op tijd wordt afgetekend. Geen praktijkopdrachten = geen punten!