A6sptl4 Periode 1, Les 4 SCHRIJVA - GSE (23-09-2024)

Bienvenidos
De lespresentaties komen op lessonup.app.
Meld je aan via de link in magister of via de klascode KAASM. 
De link staat in magister bij jouw eerste les Spaans van dit schooljaar.


1 / 25
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Bienvenidos
De lespresentaties komen op lessonup.app.
Meld je aan via de link in magister of via de klascode KAASM. 
De link staat in magister bij jouw eerste les Spaans van dit schooljaar.


Slide 1 - Slide

Metas (doelen), materiales
  • Je leert informele en formele brieven schrijven over onder meer studie, werk, reizen/toerisme (brieven met een verzoek om hulp of informatie, klachtenbrieven, sollicitatiebrieven). 
  • Je leert je mening en gevoelens schriftelijk te verwoorden in een informeel en formeel taalregister en gebruikt signaalwoorden.
  • Je leert hiervoor ook de benodigde woordenschat, grammatica en lenguateca.
  • Je werkt aan je leesvaardigheid door een boekje te lezen, met het oog op uitbreiding van de woordenschat en om meer vertrouwd te raken met de Spaanse zinsbouw.
  • Je verbetert je luistervaardigheid.
Libros, materiales:
  • Paso adelante libro de referencia, libros de alumno 3 y 4, materiales en línea

Slide 2 - Slide

Spaans in klas 6
Per periode worden een of meer examenonderdelen afgerond.
In periode 1 zijn dat: schrijfvaardigheid en luistervaardigheid.

Het zwaarstwegende examenonderdeel is Leesvaardigheid.

Studiewijzer periode 1 staat op Teams, tegel A6sptl4
  • doornemen Studiewijzer
  • 2 lessen per week: wekelijks 1 les schrijfvaardigheid ('redacción') + 1 les lees/luistervaardigheid
  • KWG / ACA info volgt




Slide 3 - Slide

Toetsen, opdrachten
Toetsen
  • Formatieve Tussentoets (vocab/gram/signaalwoorden), 07-10-2024
  • Luistertoets tijdens de les, 25%, niet herkansbaar , 14-10-2024
  • Schrijftoets in toetsweek, 15%, herkansbaar, 90 minuten

Opdrachten (formatief)
  • Glosario: per tekst noteer je enkele nieuwe woorden met vertaling, minimaal 25 woorden EN je maakt wekelijks 3 voorbeeldzinnen + nauwkeurige vertaling.
  • Luisterdossier grotendeels tijdens de les, digitaal op teams bij opdrachten
  • Boekje lezen in duo's + vragen beantwoorden + woorden omcirkelen en vertalen in de kantlijn



Slide 4 - Slide

El programa: 
cartas formales 
INFO, DEBERES

GRAM: FUTURO/CONDICIONAL + SUBJUNTIVO 
  • futuro/condicional H6 gram. B
  • subjuntivo H5 gram D  + pluscuamperfecto
  • Practicar: H7 oef 11abc (gevarieerde tijden)

LEER + ESCRIBIR
  • H7 oefening 12 + briefconventies

Reflexión, deberes







Slide 5 - Slide

Los deberes fueron:
Estudiar: 
  • H6 vocab B en C herhalen -> volgende slide
  • grammatica futuro + condicional, libro de referencia en H6 B
  • Lenguateca ‘informatie vragen’, H6C en H7B
  • briefconventies formele brief, libro de referencia p.55-60 
  • Rubrics bestuderen

Hacer: 
  • afmaken opdrachten vorige les (H6 oef 12, H7 oef 8 t/m 10) -> antwoordblad H6 en H7 op teams
  • Glosario aanvullen



Slide 6 - Slide

Kies woorden uit vocab C (libro 3 p.90) en
verwerk die in Spaanse zinnen.
Gebruik de volle tijd van 2.30 minuten.

timer
2:30

Slide 7 - Open question

REPASO: 'futuro' y 'condicional' - 20m 
1. El FUTURO (explicación)
  • ik zal een brief schrijven, hij zal wel te laat komen 
  • -> bij een voorspelling, belofte, veronderstelling
  • libro de ref. p. 20 nr. 13 (gebruik) + nr. 1-2-3 (vervoegingen)

2. EL CONDICIONAL (explicación)
  • ik zou het leuk vinden; we zouden naar Spanje verhuizen; ik zou het niet doen... 
  • -> bij beleefdheid, advies, voorwaarde, wens 
  • H6 gram B ‘condicional’ (libro 3, p.61)
   
  -> ¿TE ACUERDAS DE LAS CONJUGACIONES? EXPLICA.


Slide 8 - Slide

Repaso: El subjuntivo (H6 gram. C, p.72)
'Espero que tengas un buen viaje.'

Gebruik van de subjuntivo:
  1. Een wil of een advies. (Quiero que..., Te aconsejo que...)
  2. Een wens of voorkeur. (Espero que..., Prefiero que...)
  3. Een onpersoonlijke uitdrukking van mening (Es importante que...)
  4. Twijfel of onzekerheid. (Dudo que...., No creo que ...)
  5. Emotie (Me alegro que...., Temo que ..... )   
In deze situaties + na sommige signaalwoorden komt er na 'que'  een subjuntivo.  

Slide 9 - Slide

El subjuntivo (2)
Vorm van de subjuntivo:
  1. Neem de ik-vorm van de presente.
  2. Knip de uitgang -o eraf.
  3. Voeg de uitgangen toe.

Pregunta: 
Waarom staat er 'Neem de ik-vorm....' en niet  'Neem de stam van het werkwoord'?

EXPLICACIÓN: capítulo 5, gram. D (libro 3, p.36)

Slide 10 - Slide

Resumen + ejemplos
  • Presente (llamo = ik bel)
  • Futuro: ik zal.... (llamaré = ik zal bellen)
  • Condicional: ik zou ... (llamaría = ik zou bellen)
  • Perfecto: ik heb/ben + volt dw. (he llamado = ik heb gebeld)
  • Pluscuamperfecto: ik had/was + volt dw. (había llamado = ik had gebeld) -> toelichting in libro de ref. p.18
  • Subjuntivo: bij wil, wens etc..., meestal in bijzin na 'que' (quieren que llame = ze willen dat ik bel)
  • Indefinido: verleden tijd bij (opsomming van) gebeurtenissen (llamé = ik belde)
  • Imperfecto: verleden tijd als gewoonte, achtergrondbeschrijving (llamaba = ik belde)

Slide 11 - Slide

Practicar: subjuntivo + tiempos variados
HACER: 
Verbos/Tiempos variados, Cap. 7 (p.15-16)
  • Cap. 7 ejercicio 11a, frases 1-4 
  • Cap. 7 ejercicio 11b, frases 1-4
  • Cap. 7 ejercicio 11c, completo


timer
10:00

Slide 12 - Slide

Escribir una carta formal 
Situación: Has aprobado tu examen de bachillerato (VWO) y 
quieres alquilar una casa de vacaciones en Alicante. 
En internet no has encontrado ninguna casa apropiada.
Entonces, escribes una carta formal a la oficina de turismo. 

Hacer: H7 ejercicio 12 -> kom naar ACA voor feedback op je teksten
  • Usa la lenguateca B (p.12) + diccionario
  • Usa 5 conectores o más, hay que variar.
  • Utiliza las convenciones para cartas formales -> Oefen met de indeling voor een formele brief (dus geen e-mail, maar een brief), zie libro de ref p.56-57 + 59

timer
15:00

Slide 13 - Slide

REFLEXIÓN

Slide 14 - Slide

¿Qué frase contiene un verbo en 'futuro'?
A
Te lo diré.
B
Quiero que vengas.
C
Me gustaría ir a España pronto.
D
Cada sábado voy de compras.

Slide 15 - Quiz

Welke vorm hoort NIET bij de condicional?
A
haría
B
querría
C
me gustaría
D
quería

Slide 16 - Quiz

Noteer 1) een formele aanhef voor een brief +
2) een uitgebreide formele afsluiting.

Slide 17 - Open question

Los deberes
Estudiar: 
  • H6 vocab D
  • grammatica futuro + condicional, libro de referencia en H6 grammatica B
  • pluscuamperfecto libro de ref. nr. 10
  • briefconventies libro de referencia p. 55-60

Hacer: 
afmaken opdrachten vorige les (H7 oef 11abc helemaal, oef 12)

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Libro 3, Vocabulario H6 B:
van tevoren
A
fluido
B
previamente
C
arriesgado
D
apropiado

Slide 20 - Quiz

Libro 3, Vocabulario H6 B:
toewijzen
A
exponerse a
B
paciente
C
ganar
D
asignar

Slide 21 - Quiz

Kies twee woorden uit vocab B en verwerk die in één Spaanse zin. Ejemplo:
'El equipo de fútbol consiste en quince jugadores.'

Slide 22 - Open question

signaalwoorden p.1 'opsomming'
zelfs niet
A
asimismo
B
incluso
C
sin embargo
D
ni siquiera

Slide 23 - Quiz

signaalwoorden p.1 'tegenstelling'
daarentegen
A
no obstante
B
con todo
C
aunque
D
en cambio

Slide 24 - Quiz

Signaalwoordenlijst p.1 'Vraagwoorden'
Hoeveel?
A
¿Cómo?
B
¿Cuándo?
C
¿Cuál?
D
¿Cuánto?

Slide 25 - Quiz