2gta Oefenen bloktoets

Vandaag: 
Pak je schrift erbij, we gaan vandaag oefenen voor de bloktoets!

... en we sluiten af met de wekelijkse Kahoot

Gaan we de toets maandag of donderdag doen?




1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Vandaag: 
Pak je schrift erbij, we gaan vandaag oefenen voor de bloktoets!

... en we sluiten af met de wekelijkse Kahoot

Gaan we de toets maandag of donderdag doen?




Slide 1 - Slide

Bloktoets Blok 1
Wat moet je leren?

Slide 2 - Slide

  • Grammatica
  • Spelling
  • Over Taal
  • Lezen
Vandaag oefenen we grammatica en spelling

Slide 3 - Slide

Grammatica
Wat is de tijdproef? Schrijf de zin over en doe de tijdproef.
--> Onderstreep daarna de persoonsvorm!

- Welke auto had jij vorige week gekocht?
- Vorige week hebben we mijn verjaardag gevierd.

Slide 4 - Slide

Grammatica
Schrijf alle werkwoorden op uit de onderstaande zinnen en zet achter deze werkwoorden de vorm waar je mee te maken hebt: 
Persoonsvorm - Hele werkwoord - Voltooid deelwoord

- We hebben vorig jaar heel lang thuis gezeten
- Vorige week ben ik jarig geweest

Slide 5 - Slide

Grammatica
Een zin bestaat uit twee basisdelen: 
- een deel dat zegt 'wie of wat het doet' 
- en een deel dat zegt...?






Slide 6 - Slide

Grammatica
Verdeel de zin in zinsdelen --> schrijf deze zinsdelen onder elkaar! 
- Onderstreep de PV
- Benoem het WWG
- Geef aan wat het OND is

Remco heeft altijd een brandweerman willen schilderen.



Slide 7 - Slide

Spelling
Bedenk een zin met elk van deze werkwoorden als persoonsvorm in de tegenwoordige tijd

1. Beroven
2. lezen
3. bederven




Slide 8 - Slide

Spelling
Klankvast en klankveranderende werkwoorden

Lees de zinnen en schrijf de klankveranderende werkwoorden op:

1. Het waait al dagen erg hard. Ik denk dat we beter de tent kunnen inpakken en naar huis kunnen terugkeren.

Eerst zoek je de werkwoorden op. Welke hiervan zijn klankveranderend?




Slide 9 - Slide

Spelling
Klankvast en klankveranderende werkwoorden

Lees de zinnen en schrijf de klankveranderende werkwoorden op:

1. Het huiswerk staat al op het bord geschreven. Dit moet je maken voor de eerstvolgende les. Het huiswerk wordt gecontroleerd!

Doe dit nu ook voor de klankvaste werkwoorden



Slide 10 - Slide

Spelling
Noteer van elke zin de juiste persoonsvorm in de verleden tijd:


1. Mijn moeder ... (vragen) of ik de tafel wilde dekken
2. De dief ... (beroven) haar van haar portemonnee



Slide 11 - Slide

Spelling
Noteer het voltooid deelwoord: 

1. Ben je de hond ... (vergeten) uit te laten?
2. Ik heb tot nu toe elke wedstrijd ... (verliezen)






Slide 12 - Slide

Slide 13 - Link

Over taal
Je moet leren: de woordbetekenissen van opdracht 1 tot en met 3 op blz. 31/32

Slide 14 - Slide

Over taal
Een email: welke woorden kun je beter niet in een email aan een docent schrijven? Zie ook opdracht 10 op blz 36 van je lesboek.

Slide 15 - Slide

Lezen
Het leesplan samengevat in drie werkwoorden is????

Slide 16 - Slide

Lezen
Je moet weten wat de tekstsoort van een tekst is. Dit kan bijvoorbeeld zijn:
- Aansporende tekst (of overhalend)
- Amuserende tekst
- Informerende tekst
- Overtuigende tekst
- Uitleggende tekst

Slide 17 - Slide

Lezen
Je moet een deelonderwerp uit een alinea kunnen halen. Kijk hiervoor goed naar de tekst van de alinea en haal het belangrijkste eruit!
Het tussenkopje helpt je vaak op de goede weg.

Slide 18 - Slide