Hoofdstuk 2 artikelen in de winkel

• Economie
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 4

Hoofdstuk 2:
Artikelen in de winkel

Wat gaan we doen en waarom gaan we dit doen?

• H2 herhalen 
  
  
• Belangrijke stof voor het mondeling examen op stage
• Uitleg is handig om zometeen verder te kunnen gaan met het oefenexamen

Verkoopklaar

• Je maakt artikelen voordat ze de winkel in gaan verkoopklaar
• Dit doe je omdat producten vaak in dozen, kratten, pallets of containers binnenkomen. Deze moeten eerst in het magazijn uitgepakt worden, gecontroleerd worden op breuk en op aantallen voordat ze de winkel ingaan.

Wat is een artikelgroep?

Artikelgroep

• Artikelen die bij elkaar passen, vormen samen een artikelgroep.
  
• In de winkel staan artikelen ook op artikelgroep bij elkaar.  
• Bijvoorbeeld frisdranken of brood

Omverpakking

Beveiligingstag

• Waarom maken we gebruik van beveiligingstags? 

Schapkaart

• Wat is een schapkaart? 
• En waarom gebruiken we dat?

Schapkaart

• Staat artikelnaam en prijs op
• Wanneer de prijs verandert hoef je alleen de schapkaart te veranderen.
• Je hoeft niet elk artikel apart te prijzen

Prijzen

• Wat is afprijzen?
• Wanneer prijzen wij artikelen af?
  
  
• Wat is opprijzen? 
• Wanneer prijzen wij artikelen op?

Artikelpresentatie

• De manier waarop artikelen in de winkel staan, liggen of hangen, is de artikelpresentatie.
  
  
• Verticaal presenteren: Verschillende producten staan onder elkaar in een schap.
• Horizontaal presenteren:  Verschillende producten staan naast elkaar in een schap.

Actie artikel

• Wat is een handige plek om een actie artikel neer te zetten?
  
  

Moet artikel

• Heeft iemand een idee wat een moet artikel is? 

Moet artikel

• Moet artikelen zijn artikelen die iedereen wel eens nodig heeft
  
• Je hoeft deze artikelen niet op een opvallende plek te zetten, omdat mensen deze artikelen toch wel zullen kopen

Attentiewaarde

• Sommige artikelen vallen op en andere veel minder. Dit noem je de attentiewaarde van het artikel. 
  
  
• Het is de mate waarin een artikel opvalt.
  Hoe meer een artikel opvalt, hoe meer aandacht het van de klant trekt, hoe hoger de attentiewaarde. 

Display

• Een display is een presentatiemeubel
• Je gebruikt dit om artikelen tijdelijk extra onder de aandacht te brengen
  
  
• Soorten displays:>>
  

Massdisplay

• Een massdisplay is een presentatie van een grote hoeveelheid artikelen bij elkaar
  
• Supermarkten en bouwmarkten gebruiken vaak massdisplays voor de artikelen uit de reclamefolder

Classdisplay

• Een classdisplay is juist een stijlvolle presentatie, meestal van een paar artikelen 
  
• Een speciaal soort classdisplay is het sfeerdisplay. Met een sfeerdisplay roep je een bepaalde sfeer op bij de klanten bijvoorbeeld kerst

Presentatiehoogte

• Elk artikel staat op een andere hoogte in het schap
  

• Waar staan de artikelen die het beste verkopen denk je?

Combinatieplaatsing

• Combinatieplaatsing zorgt voor een logische en overzichtelijke presentatie
• In de meeste supermarkten staan bijvoorbeeld de zoutjes en de chips in de buurt van de frisdrank. In de hoop dat de klant cola bij zijn zak chips koopt
• Weet iemand welke 3 vormen er van combinatieplaatsing zijn?

Rug-aan-rugplaatsing

• Hierbij presenteer je de artikelen met de achterkant naar elkaar aan beide zijden van een open schap in het presentatiemeubel 

Contraplaatsing

• Bij contraplaatsing presenteer je de artikelen aan beide kanten van het gangpad 

Nabuurplaatsing

• Bij nabuurplaatsing presenteer je de artikelen naast elkaar 

• Weet iemand wat we op deze foto zien? 

Schappenplan

• Je kunt op deze tekening precies zien wat waar in de winkel moet staan. Je hoeft zelf niet na te denken waar je alles in de winkel neerzet
• Het is een soort plattegrond van de schappen, rekken of bakken. Ook staat hierin hoeveel stuks van elk artikel er op een bepaalde plaats moeten staan, hangen of liggen 

Facing

• Een facing is het aantal stuks van hetzelfde artikel dat je naast elkaar zet. Dus het aantal dat zichtba ar is voor de klant 
  

Fifo-systeem

• Weet iemand wat FIFO vullen betekent?
   

FIFO-systeem

• Bij het aanvullen gebruik je vaak het FIFO-systeem. 
  Dit betekent dat je nieuwe artikelen achter de oudere artikelen zet. [First in, first out]

THT

• Weet iemand waar de afkorting THT voor staat?
• En wat houdt het in?

THT

• Ten minste houdbaar tot betekent dat deze etenswaren niet meteen berderven, maar dat de kwaliteit van het artikel na die datum achteruit gaat

TGT

• Weet iemand waar de afkorting TGT voor staat?
  
• En wat houdt het in?

TGT

• Te gebruiken tot betekent dat deze etenswaren snel bederven. Je kunt de artikelen veilig gebruiken tot deze datum. Na deze datum kun je bijvoorbeeld ziek worden als je het artikel nog eet 

Spiegelen

• Weet iemand wat je bij spiegelen doet? 

Spiegelen

• Soms is er te weinig voorraad om het vak te vullen of ziet een vak er heel erg leeg uit. Dan moet je het vak spiegelen.
  Dit betekent dat je de artikelen naast elkaar en vooraan zet. Zo lijkt het alsof het vak goed gevuld is. Ook ziet het er netjes uit! 

Aan de slag met het oefenexamen!