* Als er een vorm van to be in de zin staat –
Am, Are, Is, dan herhaal je die vorm in de aangeplakte vraag:
You are tired, aren’t you? ----- You aren’t tired, are you?
He is great, isn’t he? ------ He isn’t great, is he?
LET OP: de I vorm wordt iets anders gevormd:
I am wrong, aren't I? ------ I am not wrong, am I?