Rekenen NU PW/OA 9.4 en 9.5

Hoofdstuk 9 - verschillende maten
1 / 17
next
Slide 1: Slide
RekenenMBOStudiejaar 1

This lesson contains 17 slides, with text slides.

Items in this lesson

Hoofdstuk 9 - verschillende maten

Slide 1 - Slide

Mededelingen OA2
 Gebruik REKENMACHINE toegestaan!

Route n.a.v. instaptoets; wie verwacht ik bij de extra rekenlessen de komende tijd?
85% of hoger = zelfstandig werken tijdens de les aan paragraaf 6 en de examenopdrachten
60% of hoger = zelfstandig werken tijdens de les aan paragraaf 1 t/m 6
Minder dan 60% = uitleg volgen en paragraaf 1 t/m 6 maken.
Minder dan 40% = uitleg volgen, paragraaf 1 t/m 6 maken en de 'rekenen-niveau' - les volgen!

Hoe ontstaat je cijfer voor deze periode? Cijfer toets H9 + opdrachten H9 hebben gemaakt.
  • Minimaal 55% behaald voor paragraaf 9.1 t/m 9.6 = 1 punt extra
  • Min 85% op instaptoets = alleen 9.6 +  examenopdrachten maken.

Slide 2 - Slide

Mededelingen PW2
Planning Rekenen - zie TEAMS - bestanden!                              Gebruik REKENMACHINE toegestaan!

Hoe ontstaat je cijfer voor deze periode? 

Cijfer toets H9 + opdrachten H8.3 + H8.5 + H9 hebben gemaakt.
  • Minimaal 55% behaald voor paragraaf 8.3 / 8.5 en  9.1 t/m 9.6 = 1 punt extra

Slide 3 - Slide

Terugblik - vorige les
kilo betekent 1000
giga - 1 miljard (1 000 000 000)

dus....
1 kilometer = 1000 meter
1 megaherts (MHz) = 1 000 000 hertz
1 gigavolt (GV) = 1 000 000 000  (1 miljard) Volt

Slide 4 - Slide

Terugblik - vorige les
1 kilobyte = 1000 byte

1 megabyte (MB) = 1000 KB en 1 000 000 byte

1 gigabyte (GB) = 1000 MB = 1 000 000 KB = 1 000 000 000 byte

1 terabyte (TB) = 
1000 GB = 1 000 000 MB = 1 000 000 000 KB = 1 000 000 000 000 byte

Slide 5 - Slide

Terugblik - nog even oefenen...
Pak de theorie van 9.3 er even bij in NU.

0,25 ton =               
1,69 MB =                            byte
7 350 000 000 byte =                        GB
7,6 miljoen Hz =                                    MH

Slide 6 - Slide

Terugblik - nog even oefenen...
Antwoorden

0,25 ton = 25.000                                    (1 ton = 100.000)               
1,69 MB =  1 690 000   byte                 1 MB = 1000 KB = 1 000 000 byte
7 350 000 000 byte = 7,35  GB          1 GB = 1000 MB = 1000 0000 KB = 
                                                                        1 000 000 0000 byte
7,6 miljoen Hz =  7,6   MH                      (want 1 MHz = 1 000 0000 Hertz)

Slide 7 - Slide

Lesdoel 9.4 en 9.5
9.4
Je leert een passende maateenheid kiezen in een situatie.
Je leert meetinstrumenten aflezen.

9.5
Je leert schattingen maken met referentiematen

Slide 8 - Slide

Een passende maateenheid
Iedere situatie waarin je meet, vereist een passende maateenheid. Welke maateenheid hoort bij welke grootheid?
Lengte meet je in....                          Tijd....
Inhoud meet je met ...                      Spanning .....
Oppervlakte ....                                    Ken je meer?
Gewicht ....
Opslagruimte op een USB ....

timer
20:00

Slide 9 - Slide

Weet je nog?

Slide 10 - Slide

Kies de juiste
maateenheid...

Slide 11 - Slide

\

5 dl
200 cm
cm2
499 g

15 cm
2,5 g
16 GB
150 cm2

Slide 12 - Slide

Meetinstrumenten aflezen
Bij het aflezen van meetinstrumenten kijk je goed naar de aanwijzingen op het instrument.
Vaak kun je met schatten de eenheid bepalen.
Veelvoorkomende meetinstrumenten zijn:
een thermometer, liniaal, rolmaat, weegschaal, maatbeker.

Slide 13 - Slide

Voorbeeld
Hoe groot is de diameter van het rolletje plakband?

Slide 14 - Slide

Referentiematen
Om schattingen te kunnen maken, is het belangrijk bekende aantallen en hoeveelheden te weten. Zo'n maat heet een referentiemaat. Bijvoorbeeld:
- een volwassen man is ongeveer 1.80 meter
- hoogte van een deur is ongeveer 2 meter
- je wandelt ongeveer 4 à 6 km/h
- je fiets ongeveer 15 à 18 km/h
- voetbalveld in ongeveer 50 bij 1oo m. (0,5 ha)
- een verdieping van een gebouw is ongeveer 3 m. hoog
- Nederland telt ongeveer 17 miljoen inwoners.

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Zelfstandig werken
Wat
Paragraaf 9.4 en 9.5
Hoe
Zelfstandig met rekenmachine
Hulp
Uitleg in NU, vragen aan docent
Tijd
Overige lestijd + evt. thuis afmaken
Klaar?
Paragraaf 9.6
timer
20:00
Volgende week: oefentoets
Woensdag 14 december TOETS H9! Alle opdrachten moeten dan klaar zijn!

Slide 17 - Slide