Economie GL Examen Lesson up 1

Examen uitleg + Oefening
1 / 24
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 4

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Examen uitleg + Oefening

Slide 1 - Slide

Instructie
- Kleine  uitleg voorbeeld onderwerpen H3+H4
- Voorbeeld vragen examens
- Log in en doe mee! Pak je rekenmachine en een blaadje
- Via deze weg controleer ik aanwezigheid

Slide 2 - Slide

Lerenvoorhetexamen.nl
Gebruik deze link!
Staat in Teams
Oefen voor jezelf de begrippen en toets jezelf met sommen waarin een procentuele stijging of daling, marktaandeel of indexcijfers worden gebruikt (GL)

Slide 3 - Slide

EC/K/5A H3+H4 Arbeid en productie
De kandidaat heeft inzicht in aspecten van het producentengedrag zoals kosten, opbrengsten, winst, toegevoegde waarde, arbeid, arbeidsverdeling, arbeidsproductiviteit, werkgelegenheid, werkloosheid en kan dit inzicht toepassen in een gegeven casus.

Voorbeelden die hier op toepasbaar zijn volgen in de komende dia's
 

Slide 4 - Slide

Productiefactoren (& beloning)
1   Kapitaal                              rente 
2   Arbeid                                 loon     
3   Natuur                                pacht (huur) 
4   Ondernemerschap      winst 

Slide 5 - Slide

Verkoopprijs berekenen
Inkoopprijs+
brutowinst =
Verkoopprijs
(100%)

btw  + =
Consumentenprijs
(121%)

Slide 6 - Slide

Kostprijs per product

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Evenwichtshoeveelheid/ evenwichtsprijs (GL)
  1. Wat is de evenwichtshoeveelheid?
  2. = 50
  3. Wat is de evenwichtsprijs?
  4. €525

Slide 9 - Slide

Marktaandeel berekenen

"Aandeel" betekent "deel van het totaal". Als we kijken naar de wiskunde...


Hoeveel is € 5 van € 100 ?                   



Dan is het marktaandeel berekenen precies hetzelfde, een eitje dus.


Slide 10 - Slide

Marktaandeel berekenen

Slide 11 - Slide

in de Consumentengids staat een test van laptops. Stefan: “Wat een verschil. Die Apple Macbook is maar liefst 322% duurder dan de Packard Bell EasyNote.”  Bereken de prijs van de Apple Macbook. Schrijf je berekening op.
A
322% x 450 =1449
B
422% × 450 = 1.899
C
222% x 450 = 999
D
450 * 3.22 = 1449

Slide 12 - Quiz

Opa: “Heb je wel genoeg geld om de laptop te betalen?” Stefan: “Nee, ik heb wat spaargeld, maar de rest (€ 200) wil ik lenen bij de BoncBank. In één jaar wil ik alles afbetaald hebben.”  Bereken de kredietkosten in euro’s bij de BoncBank.
A
200 + 17.50 x 12= 410
B
9.36 x 24 = 224.64 - 200 = 4.64
C
€ 17,50 × 12 = € 210 - 200= 10
D
€ 17,50 × 12 = € 210

Slide 13 - Quiz

Nederland kent op dit moment enkele grote supermarktketens zoals Albert Heijn (AH) en Jumbo. Ze hebben een marktaandeel van 34% (AH) en 14% (Jumbo). Het marktaandeel is berekend als de omzet van een supermarktketen als percentage van de totale omzet van alle supermarkten in Nederland.  Bereken de omzet van AH en Jumbo samen.
A
(0.52) × € 34,3 miljard = € 17.836.000.000
B
( 0,14) × € 34,3 miljard = € 4.802.000.000
C
(0,34) × € 34,3 miljard = € 11.662.000.000
D
(0,34 + 0,14) × € 34,3 miljard = € 16.464.000.000

Slide 14 - Quiz

Bereken in twee decimalen de gemiddelde omzet inclusief non-food per supermarktwinkel in Nederland. Schrijf je berekening op.
A
300.000:4300=69.77
B
€ 34.300.000.000
C
€ 34.300.000.000: 4.300 = € 7.976.744,19
D
€ 34.300.000.000: 300.000 = € 114.333.33

Slide 15 - Quiz

Bereken hoeveel procent Sahar heeft bespaard met deze drie aanbiedingen. Schrijf je berekening op.
A
35%
B
45%
C
55%
D
65%

Slide 16 - Quiz

Een consument besteedt gemiddeld € 24 aan boodschappen per bezoek aan een supermarkt. AH biedt de mogelijkheid om deze boodschappen online te bestellen en thuis te bezorgen. Uit onderzoek blijkt dat consumenten de boodschappen wel thuis bezorgd willen hebben, maar er niet extra voor willen betalen.  Bereken in één decimaal hoeveel procent de bezorgkosten bedragen per gemiddeld bedrag aan boodschappen in de supermarkt. Schrijf je berekening op.
A
€ 3 x € 24 : 100% = 0.72%
B
€ 24:3 × 100% = 800%
C
€ 3 : € 24 × 100% = 12,5%
D
3%

Slide 17 - Quiz

Bereken het marktaandeel van Samsung
Samsung
30000
Apple
75000
LG
10000
Huawei
25000
Overig
5000
A
25,3%
B
21,4%
C
19,5%
D
20,7%

Slide 18 - Quiz

De ontvangsten van de Rijksoverheid waren:
€ 268 miljard in 2015
€ 275 miljard in 2018

Bereken de procentuele stijging ...
A
97,5 %
B
2,6%
C
2,5%
D
Anders

Slide 19 - Quiz

Een broek was €35,- en is verhoogt naar €40,-
Bereken de procentuele stijging?
A
35/40*100=87,5%
B
(40-35)/35*100=14,3%
C
(35-40)/40*100=12,5%

Slide 20 - Quiz

Verkoopprijs: € 400
Inkoopprijs: 40% van de verkoopprijs
Hoe groot is de brutowinst?
A
€ 160
B
€ 267
C
€ 240
D
€ 286

Slide 21 - Quiz

11. Een kinderfiets kost €399. (consumenten prijs)
Hoeveel BTW (21%) wordt er betaald? Let op verschil verkoopprijs en consumenteprijs in %
A
€329,75
B
€83,79
C
€32,94
D
€69,25

Slide 22 - Quiz

Wat vond je van deze les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 23 - Poll

Slide 24 - Video