1. Introductie

Español A1/A2 
1 / 33
next
Slide 1: Slide
SpaansMBOStudiejaar 1,2

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

Items in this lesson

Español A1/A2 

Slide 1 - Slide

Welkom bij de eerste les Spaans!
Wat gaan we vandaag doen?
- Voorstellen
- Inloggen op LessonUp
- Inloggen op Quizlet
- Introductie Spaans

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Slide 4 - Slide

In  zicht = uit  zicht

In sight = outside
En la vista = hasta la vista

Slide 5 - Slide

Welke opleiding volg je?

Slide 6 - Open question

Waarom heb je voor Spaans gekozen?

Slide 7 - Open question

Dit keuzedeel is:
A
Extra
B
i.p.v. een ander KD

Slide 8 - Quiz

LessonUp
- Om lessen terug te kijken
- Om toetsen te maken
LessonUp
https://LessonUp.app/invite/group/tdbfs

Slide 9 - Slide

LessonUp
1. Registreer je met je e-mail

Vul de klassencode in (bij: code invoeren)
Klassencode: tdbfs




Slide 10 - Slide

Inloggen Quizlet:
1. Klik daarna op onderstaande link en druk dan op:
'Tot de klas toetreden'


of zoek mreins8, zoek daarna klas DBSP2 2023-2024 en doe het 'verzoek om toe te treden'


Quizlet
https://quizlet.com/join/439cqnpTM

Slide 11 - Slide

El libro:
SPA A1/A2
Spaans A1/A2-niveau voor generiek

Slide 12 - Slide

Wat weet je al van het Spaans?

Slide 13 - Slide

In hoeveel landen ter wereld is Spaans de officiële taal?
A
23
B
21
C
18

Slide 14 - Quiz

Hoeveel mensen ter wereld spreken Spaans?
A
250-275 miljoen mensen
B
390-400 miljoen mensen
C
575-580 miljoen mensen

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Slide


Allemaal, behalve:
Brazilië (Portugees)
Madeira (Portugees)
Belize (Engels)
Andorra (Catalaans)

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

La pronunciacion
¿Qué significa?

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

Grootste verschillen:
C  voor de e/i = spreek je uit als een 's'
C voor de a/o/u = spreek je uit als een 'k'
H = spreek je niet uit
J = spreek je uit als een 'g'
LL = spreek je uit als een 'j'
V = spreek je uit als een 'b'

Slide 21 - Slide

¡Practicamos!
Barcelona es la capital de Cataluña
Vicente vive en Valencia
Juan es el hermano de Javier
El aeropuerto está cerca del centro
El perro de Ricardo se llama Bruno
¿Cuántos años tienes?
Carlota está de vacaciones en México

Slide 22 - Slide

Persoonlijke voornaamwoorden

Ik, jij, hij, zij, wij, jullie, zij

Slide 23 - Slide

Persoonlijke voornaamwoorden
Ik              (EV - 1ste)
Yo
Jij              (EV - 2de)
Hij/zij/u    (EV - 3de)
Él/ella/usted
Wij          (MV - 1ste)
Nosotros/nosotras
Jullie      (MV - 2de)
Vosotros/vosotras
Zij (mv)   (MV - 3de)
Ellos/ellas/ustedes

Slide 24 - Slide

Ik =
A
B
Yo
C
Ella
D
Nosotros

Slide 25 - Quiz

Wij =
A
Nosotros
B
Ellos
C
Vosotros
D
Él

Slide 26 - Quiz

Hij =
A
Ella
B
C
Yo
D
Él

Slide 27 - Quiz

Ana y yo =
A
Ellos
B
Nosotros
C
Vosotros
D
Ustedes

Slide 28 - Quiz

María, Ana y Carmen =
A
Ellos
B
Nosotros
C
Ellas
D
Nosotras

Slide 29 - Quiz

Carlos y tú =
A
Vosotros
B
Nosotros
C
Ellos
D
Ustedes

Slide 30 - Quiz

Los deberes:
- bestuderen deze LessonUp
- leren Quizlet 'Set 1: begroeten en voorstellen'
- kijken/bestuderen video 'begroeten' en video 'uitspraak'
op de volgende 2 sheets

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Video

Slide 33 - Video