6.3 Internationale handel

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

Welkom

Programma:

- Welkom

- Huiswerk

- Vorige les

- Hoofstuk 6

- Leerdoelen

- 6.3 Internationale handel

- Opdrachten

- Afsluiting

De economie van de Republiek

Leerdoelen

Na het bestuderen van de paragraaf kun je

- de oorzaken noemen van de economische bloei in de Republiek in de 17e eeuw;

- benoemen met welke gebieden en in welke producten de Republiek vooral handelde;

 uitleggen wat er nieuw was aan de VOC en de WIC als bedrijf;

- uitleggen hoe Europese landen hun handelsactiviteiten in de wereld organiseerden.

Kenmerkend aspect

25 Wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme en het begin van een wereldeconomie

Opdracht: maak minimaal twee combinaties van vier begrippen. Je moet de combinaties kunnen uitleggen.

Lees Memo blz. 169 'Handel en immigratie'.
Is er volgens Memo een verband tussen handel en immigratie? Kies het best antwoord.

1. Nee, want immigranten pikken de banen van de bevolking in.
2. Ja, want voor goed handel heb je immigranten nodig.
3. Nee, want na 1585 was het in Holland verboden voor buitenlanders.
4. Ja, want Antwerpenaren gaven een impuls aan de handelseconomie.

Opdracht: lees Memo blz. 169 'Oorzaken van economische bloei'. Schrijf drie oorzaken van deze bloei op.

De moedernegotie

Fluitschip uit Holland

Meer dan de helft van de schepen die door de Sont voeren kwamen uit Holland (de Republiek). De Hollanders gebruikten een fluitschip: een schip met een brede buik (groot ruim) dat als met een paar bemanningsleden gevaren kon worden.

Kronborg

Kasteel Kronborg ligt in Denemarken. Vanuit dit kasteel werd in naam van de Deense koning tol geheven voor de Sontdoorvaart naar de Oostzee.

Sont

De Sont is de zeestraat tussen Denemarken en Zweden. Het land dat beide overs van de Sont in bezit heeft beheerst de toegang tot de Oostzee (en tot de graanvoorraden). 

Helsingborg (S)

De stad Helsingborg aan de Sont ligt in Zweden. Vanuit deze stad kun je Denemarken en kasteel Kronborg zien.

Wat betekent 'moedernegotie'?
Kies het beste antwoord.

1. De basishandel van de Republiek in graan.
2. De handel op het Oostzeegebied.
3. De handel in hout en haring.
4. De handel met Indonesië (Oost-Indië).

Leg uit hoe de moedernegatie bijdroeg aan het economische succes van de Republiek.

Gebruik bron 9.
Stel: je gebruikt deze tabel om meer te weten te komen over de handel van de Republiek met het
Oostzeegebied. Je weet dat de meeste schepen uit Amsterdam komen. Met deze gegevens trek je
de volgende conclusie:
Uit de producten die naar het Oostzeegebied uitgevoerd worden, blijkt de stapelmarktfunctie van
Amsterdam.
2p 18 Ondersteun deze conclusie met een gegeven uit de tabel.

De VOC

Volgens Memo had de VOC vier bijzondere kenmerken:

1) De VOC was de grootste handelsorganisatie van de 17e en 18e eeuw;

2) De VOC werd gefinancierd met aandelen;

3) De VOC mocht forten bouwen, verdragen sluiten en oorlog voeren;

4) De VOC (en de WIC) hadden een handelsmonopolie.

Opdracht: schrijf van elk een kenmerk een voorbeeld op uit de documentaire.

Opdracht: schrijf van elk een kenmerk een voorbeeld op uit de documentaire.
(handelsmonopolie/ handelsonderneming / oorlog voeren / aandelen handel)

J.P. Coen in Hoorn

Kunnen we nog trots zijn op de VOC?
Stelling: de Coentunnel bij Amsterdam moet een andere naam krijgen.

Handelskapitalisme

Opdracht: stel een definitie op van handelskapitalisme, in EIGEN woorden (of: maak een zin met het woord handelskapitalisme erin).

Doelen

Aan het einde van de les kun je:

- uitleggen wat de moedernegotie inhoudt;

- drie oorzaken van de economische bloei van de Gouden Eeuw toelichten;

- uitleggen waarom de VOC een bijzonder bedrijf was (drie keer);

- beargumenteren of trots op de VOC gepast is of niet;

- het handelskapitalisme in de Republiek met dat in Portugal & Spanje, Frankrijk, Engeland en het Duitse rijk vergelijken.

Zelfstandig werken

Wat? Maken opdrachten paragraaf 6.3

Opdracht: Alle opdrachten behalve de casus en historisch denken
Hoe? In stilte!
Hoe lang? Rest van de les.
Hulp? Je mag de docent vragen stellen.
Klaar? Lezen 7.1

Schrijf op welk onderwerp in de deze les je makkelijk en welk je moeilijk vond.

Ik vond de les.... (tips & tops)