This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
de rol van de overheid
Het ene goed is het andere niet
Slide 1 - Slide
Lesdoel
wat zijn individuele goederen
wat zijn collectieve goederen
wat zijn quasi collectieve goederen
Slide 2 - Slide
0
Slide 3 - Video
Individuele goederen
Deze goederen zijn verhandelbaar via de markt, er is een prijs voor vast te stellen. Je kunt het alleen krijgen als je er voor betaalt
Slide 4 - Slide
Collectieve goederen
Ditzijn goederen die door de overheid geleverd worden en voor iedereen beschikbaar zijn.
Slide 5 - Slide
Waarom collectieve goederen?
algemeen belang (bijv. veiligheid)
kwaliteit bewaken (bijv. rechtspraak)
betaalbaar houden (bijv. onderwijs)
niet individueel te leveren en te betalen (bijv. politie)
Slide 6 - Slide
Quasi collectieve goederen
Individuele goederen die door de overheid geproduceerd worden (semicollectieve goederen) Bijvoorbeeld paspoort, OV
Slide 7 - Slide
Samenvatting
wat zijn individuele goederen
wat zijn collectieve goederen
wat zijn quasi collectieve goederen
Slide 8 - Slide
Door wie worden collectieve goederen geleverd?
A
bedrijven
B
particulieren
C
overheid
D
buitenland
Slide 9 - Quiz
Wat zijn voorbeelden van quasi-collectieve goederen?
A
onderwijs - ziekenhuis
B
huisarts - rechtspraak
C
brandweer - straatverlichting
D
snelweg - electriciteit
Slide 10 - Quiz
Een voorbeeld van een collectief goed is:
A
Autosnelweg
B
Bibliotheek
C
Concert
D
Dijk
Slide 11 - Quiz
quasi-collectieve goederen zijn individuele goederen
A
juist
B
onjuist
Slide 12 - Quiz
Het is winter. Het heeft gevroren. Hendrik ziet er nu ongelofelijk tegen op om met de auto naar zijn werk te gaan. Gelukkig is er wel gestrooid. Het strooien van zout op de wegen is een voorbeeld van een: