6.1 Je omgeving waarnemen (1A: 16-01-2023)

Thema 6: Waarneming en gedrag
1 / 22
next
Slide 1: Slide
Biologie / VerzorgingMiddelbare schoolvmboLeerjaar 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Thema 6: Waarneming en gedrag

Slide 1 - Slide

Thema 6: 
Waarneming en gedrag
Basisstof 1
Je omgeving waarnemen

Slide 2 - Slide

Leerdoelen

Je kunt vijf zintuigen noemen met hun ligging en hun prikkel.
  
Je kunt de werking van zintuigen beschrijven.


Slide 3 - Slide

Welke zintuigen ken jij? (noem er 5)

Slide 4 - Mind map

De 5 zintuigen 
en 
je hersenen

Slide 5 - Slide

Waarnemen
Bij waarnemen gebruik je zintuigen. 
Je kan zien, voelen, proeven, ruiken en horen. 
Je kunt reageren op wat er om je heen gebeurt. 
Als je reageert op je omgeving werken je zintuigen samen met je zenuwstelsel. 

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Zintuigen 
Een zintuig is een orgaan dat reageert op bepaalde invloeden uit de omgeving (=prikkels). 
Alle zintuigen samen vormen het zintuigenstelsel. 

Slide 8 - Slide

5 zintuigen
Een zintuig is een orgaan dat reageert op prikkels:

1. gehoorzintuig (in het oor)
2. gezichtszintuig (in het oog)
3. smaakzintuig (in de mond)
4. reukzintuig (in de neus)
5. zintuigen in de huid:
    koude-zintuig - warmtezintuig/ 
    drukzintuig/ tastzintuig
geen zintuig
Pijnpunten. Ze liggen in de huid, het zijn uiteinden van bepaalde zenuwen

Slide 9 - Slide

Zintuigen en zintuigcellen

Slide 10 - Slide

Prikkel -> Impuls
In een zintuig zitten zintuigcellen
In zintuigcellen onstaan impulsen (elektrische 'seintjes')
Deze impulsen gaan via de zenuwen naar de hersenen en je wordt je bewust van de prikkel. 

(prikkel)

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Prikkel - Reactie
Wat zie je op de afbeelding?
De zak patat
De zak patat is een prikkel
Een prikkel is informatie uit de omgeving
1
Zintuigstelsel
Alle zintuigen samen vormen het zintuigstelsel.
Zintuigen werken samen.
3
oog en neus
Dit zijn organen. 
In de organen bevinden zich zintuigcellen
2
A   
Er is een zak PATAT (prikkel).
De zintuigcellen in je ogen en neus geven signaaltjes af.

B   
Het signaal (impuls) is een elektrisch signaal dat door de zenuwen naar de hersenen gaat (korte blauwe pijltjes in de afbeelding). 
De hersenen verwerken de impulsen. Nu weet je wat je ruikt en wat je ziet. Je bent je er nu van bewust:   PATAT 
 Als je je ervan bewust bent heb je het waargenomen
 
C en D 
De hersenen geven een signaal (impuls), via het ruggenmerg en de zenuwen naar de armspieren. Er gaat ook een impuls naar de speekselklieren in je mond.
Reactie (respons): de arm beweegt : het meisje pakt:de PATAT!


Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

lezen
maken
leren
basis
thema 6, les 1
opdracht 1 t/m 6 en 9
theorie les 1
kader/tl
thema 6, les 1
opdracht 1 t/m 9
samenvatting les1 
havo
thema 6, les 1
opdracht 1 t/m 9
samenvatting les 1
Huiswerk

Slide 15 - Slide

Hoe noemen we de zintuigen samen?
A
hersenstelsel
B
zintuigen
C
zintuigenstelsel
D
hersenen

Slide 16 - Quiz

Wat zijn impulsen?
A
prikkels
B
zintuigen
C
pijnpunten
D
elektrische signalen

Slide 17 - Quiz

Waar liggen de pijnpunten in je lichaam?

Slide 18 - Open question

Is een zintuig een orgaan?
A
ja
B
nee
C
geen idee

Slide 19 - Quiz

Welke belangrijke woorden weet je nu nog uit deze les?

Slide 20 - Open question

Noem 5 begrippen/woorden die je deze les hebt geleerd.

Slide 21 - Mind map

Slide 22 - Slide