4.6 - Planteneters, vleeseters en alleseters

4.6 Planteneters, vleeseters en alleseters
1 / 23
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 4

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

4.6 Planteneters, vleeseters en alleseters

Slide 1 - Slide

Je ziet hier een stukje dunne darm met een paar darmvlokken.
Wat is de reden dat de dunne darm plooien en darmvlokken heeft?
A
Dan gaat de voedselbrij langzamer door de darm
B
Dat zorgt voor oppervlaktevergroting waardoor er meer plek is voor opname voedingsstoffen
C
Dat zorgt voor betere darmperistaltiek
D
Dat zorgt voor een betere mechanische vertering

Slide 2 - Quiz

LEERDOELEN
  • Je kunt de delen van een tand of kies noemen met hun kenmerken
  • Je kunt bij zoogdieren het verband aangeven tussen de voedselkeuze, lengte van het darmkanaal en de kenmerken en functies van tanden en kiezen
  • Je kunt omschrijven wat tandplak en tanderosie zijn

Slide 3 - Slide

Gebitselementen = tanden en kiezen

Slide 4 - Slide

Bouw van het gebit 
Wortels zitten vast in de
onder- of bovenkaak.

Tand bestaat vooral uit tandbeen. Tandbeen van de kroon is bedekt met glazuur. Glazuur is hard en beschermt het tandbeen.

Slide 5 - Slide

Bouw van het gebit
Kroon: bovenste deel van de tand.
Wortel: zit vast in het kaakbeen.
Glazuur: beschermt het tandbeen .
Tandbeen: is bedekt met laag glazuur (kroon) of laagje cement (wortel).
Tandholte: hierin liggen de zenuwen en bloedvaten .
Wortelvlies: zorgt voor bevestiging van de wortel in de kaak.

Slide 6 - Slide

Verzorging van het gebit
Tandbederf: aantasting van het gebit door tandplak
Een dun laagje aanslag dat iedere dag op je tanden blijft zitten
- Bestaat uit bacteriën
--> die breken suiker af tot zuur
--> aantasting van het glazuur
--> ontstaan van tanderosie (gaatje!)


Slide 7 - Slide

Tandbederf
Bacteriën zetten suikers om in zuren, deze zuren tasten je glazuur aan.

Aantasting glazuur kan ook door voedingsmiddelen (zoals frisdrank en fruitsap)

Slide 8 - Slide

Dieet, gebit en darmen
Planteneters
Vleeseters
Alleseters

Slide 9 - Slide

Planteneter
  • Herbivoren
  • Lang darmkanaal (daarom dikke buik)
  • Plooikiezen (harde richels) -> planten vermalen
  • Geen hoektanden 

Slide 10 - Slide

Vleeseters
- Carnivoren
- Kort darmkanaal (slank lichaam)
- Knipkiezen
- Grote scherpe hoektanden
- Bovenkaak breder dan onderkaak

Slide 11 - Slide

Alleseters
- Omnivoren
- Gemiddeld darmkanaal
- Knobbelkiezen
- Hoektanden en snijtanden

Slide 12 - Slide

Overzicht

Slide 13 - Slide

Een koe heeft 6000 kJ per dag nodig.
In 100 gram gras zit 50 kJ. 

1. Hoeveel kilo gras moet een koe per dag grazen?

Om 1 kilo gras te verteren heeft een koe 1 meter darm nodig.

2. Hoe lang moeten de darmen van een koe zijn?

Slide 14 - Slide

Een koe heeft 6000 kJ per dag nodig.
In 100 gram gras zit 50 kJ. 

1. Hoeveel kilo gras moet een koe per dag grazen?

Om 1 kilo gras te verteren heeft een koe 1 meter darm nodig.

2. Hoe lang moeten de darmen van een koe zijn?
100x10 = 1000 ------ 1m x 10 = 10 m

Slide 15 - Slide

Welk organisme heeft plooikiezen?
A
Leeuw
B
Koe
C
Mens
D
Aap

Slide 16 - Quiz

Is dier A een planteneter of vleeseter? Heeft die een lang of kort darmkanaal?
A
Planteneter met een kort darmkanaal
B
Planteneter met een lang darmkanaal
C
Vleeseter met een kort darmkanaal
D
Vleeseter met een lang darmkanaal

Slide 17 - Quiz

We vinden een gebit met knobbelkiezen. Wat voor voedsel vinden we in de maag?
A
Plantaardig
B
Dierlijk
C
Beide

Slide 18 - Quiz

Het gedeelte van je tanden wat wat je moet poetsen heet:
A
tandbeen
B
kaakbeen
C
cement
D
kroon

Slide 19 - Quiz

Hoe heet
onderdeel 3?
A
Tandholte
B
Glazuur
C
Cement
D
Kaakbeen

Slide 20 - Quiz

Wat voor kies is dit?
A
Plooikies
B
Knobbelkies
C
Knipkies

Slide 21 - Quiz

Bij wat voor dier vinden we dit soort kiezen?
A
Vleeseter
B
Planteneter
C
Alleseter

Slide 22 - Quiz

HUISWERK
Bestudeer 4.6 en
maak opdr. 42 t/m 48

Slide 23 - Slide