Hoofdstuk 1 les 3

• Engels
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

What are we going to do today?

- Revision Grammar E1. 

- Homework revision

- Grammar E2.

- Do ex. 14&15 

- Watch F. 

- Do ex. 16 & 17

- Theme words A,B,C,D 

Persoonlijke en bezittelijke vnw.

Mijn auto, wordt? 

Jij bent slim, wordt? 

Onze cat, wordt? 

Zij zijn 13 jaar oud, wordt? 

Maak een zin met het woord: our

Maak een zin met het woord: You

Wij zijn 13.

1. You are thirteen
2. We are thirteen
3. They are thirteen

homework

- Annet

- Daniel 

- Jelke 

- Hendrik 

- Bespreken opdr. 12&13

Grammar E2.

Vragende voornaam woorden. 

- Welke hadden we ook alweer? 

Vragende vnmw.

Wie - Who 

Wat - What

Waar - Where

Wanneer - When 

Waarom - Why 

Hoe - How 

Welk(e) - Which 

Wie is je vader?

1. What is your father?
2. Who is your father?
3. How is your father?
4. Which is your father?

Welke is je lievelingsstad? Rome of Parijs?

1. Which is your favorite city? Rome or Paris?
2. What is your favourite city? Rome or Paris
3. Who is your favorite city? Rome or Paris?
4. When is your favourite city? Rome or Paris?

Maak een zin met:
Why

Maak een zin met:
How

Do

Do ex. 14&15

Watch F. 

Do ex. 16&17 

Write down the meaning of: 

1. Natuurlijk

2. Nicht

3. Fiets

4. Bijna

5. Koud

6. Kust

7. Telefoonnummer

8. Favouriete

9. Voetbal

10. Weer

11. Elkaar ontmoeten 

12. Voorhoofd

13. Gisteren. 

14. Oom 

15. Ben geboren 

16. Zijn dol op. 

17. Gebeuren

18. Gewoonlijk