De Romantiek in de Beeldende Kunst

De Romantiek in de Beeldende Kunst
1 / 13
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

De Romantiek in de Beeldende Kunst

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoel
Aan het einde van de les zul je de belangrijkste kenmerken van de Romantiek begrijpen en kunnen toepassen op beeldende kunst.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je al over de stroming de Romantiek in de beeldende kunst?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Wat is de Romantiek?
De Romantiek was een kunststroming die emotie, verbeelding en natuur centraal stelde. Het benadrukte individualiteit en de kracht van de natuur.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Kenmerken van de Romantiek
Kenmerken zijn emotie, verbeelding, individualiteit, de kracht van de natuur en het verlangen naar het verleden.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Romantiek in de Beeldende Kunst
In de beeldende kunst uitte de Romantiek zich in landschappen, dramatische emoties en het verbeelden van het verleden.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Tijdlijn van de Romantiek
De Romantiek in de beeldende kunst bloeide op in de 19e eeuw, met bekende kunstenaars zoals Caspar David Friedrich en William Turner.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Interactieve Opdracht
Analyseer een schilderij uit de Romantiek en benoem de beeldaspecten die de Romantiek weergeven.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Belang van de Romantiek
De Romantiek heeft een blijvende invloed gehad op de kunst en heeft bijgedragen aan de ontwikkeling van de moderne kunststromingen.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Afsluiting
Wat heb je vandaag geleerd over de Romantiek in de beeldende kunst en hoe denk je dat dit van invloed is op je eigen waarneming van kunst?

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 11 - Open question

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 12 - Open question

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 13 - Open question

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.