les 4

Welkom!

  • Zit je achter je laptop? CAMERA AAN!
  • Op een rustige plek?
  • Pen en papier binnen handbereik?
  • Log alvast in op LessonUp.

.. Dan kunnen we beginnen:-)
1 / 15
next
Slide 1: Slide
CommunicatieMBOStudiejaar 1

This lesson contains 15 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Welkom!

  • Zit je achter je laptop? CAMERA AAN!
  • Op een rustige plek?
  • Pen en papier binnen handbereik?
  • Log alvast in op LessonUp.

.. Dan kunnen we beginnen:-)

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

vorige keer...
Periode opdracht gaat over zelfbeeld:
  • cultuur
  • levensbeschouwing
  • opvoeding en opvoedingsstijlen...

Allemaal dingen die je als persoon vormen, 
= van invloed in de communicatie met de ander!

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Dit gaan we doen:                                                     hoe:
  • uitleg begrippen 'overdracht/ tegenoverdracht' n.a.v. vraag 7, 11 van DEEL 1 opdr.
  • Je begrijpt het woord 'empowerment'                                                                                              bespreken
  • Je denkt na over jou rol als begeleider in het sociaal netwerk v.d. cliënt                             groepjes
  • Je denkt na over motivatie:  
  • 3 belangrijke fundamenten die je helpen bij het ondersteunen v.d. cliënt.                                                                                                                filmpje/ zelf situatie bedenken
  • afronding en planning!

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Dit is het nu van vraag 7, 11 DEEL 1 opdracht:
  1. Overdracht is een term voor het overbrengen van gevoelens en verwachtingen op anderen. 
  2. IEDEREEN  neemt gevoelens (ervaringen) uit het verleden mee naar het heden! Het bepaald hoe je naar een situatie kijkt, en dat hoeft niet altijd te kloppen. 
  3. Overdracht: de cliënt draagt (onbewust) oude gevoelens over op de hulpverlener of op de persoon waarin hij in zekere mate afhankelijk is. 
  4. Tegenoverdracht: van hulpverlener naar client. 


Een hulpverlener is minder effectief als hij/zij niet in de gaten heeft wat zijn patronen van overdracht zijn! (bewustwording sleutel)

Slide 4 - Slide

overdracht: herhaling uit het verleden, en het is niet HELPEND.


Tegenoverdracht is herkenbaar aan een aantal signalen:
Het gesprek loopt vast
Er ontstaat onenigheid
De therapeut heeft het gevoel dat de cliënt de baas is in het gesprek
Er is geen dialoog meer mogelijk; de therapeut is alleen aan het woord of de cliënt is de enige die aan het woord is
De therapeut heeft het gevoel dat hij de cliënt moet overreden, etc.

Bewust geworden tegenoverdracht kan de professionaliteit van de therapeut vergroten. De eigen ui pellen, bewustwording, zelfreflectie, communicatie, geeft zelfkennis. Zelfkennis maakt de therapeut completer en bewuster van zijn/haar eigen beroepsmatig handelen.
Voorbeeld:
overdracht: Je hebt je eerste gesprek op stage met je stagebegeleider. Je ziet dat het een zeer assertieve vrouw is. Je voelt weerstand naar haar. Deze vrouw kun je niet vertrouwen! 
(je verhoud je tot elkaar in gesprek, je voelt iets, maar er komen ook 'oude' gevoelens boven.)

tegenoverdracht: Je bent begeleider in een groep. 1 kind sluit je buiten en je ziet hem achter zijn hand fluisteren naar een ander kind. Je voelt je ineens heel onzeker worden. Onbewust triggert deze situatie het oude gevoel dat jij had toen je als kind door je vriendinnengroepje werd buitengesloten. 


Slide 5 - Slide

This item has no instructions

aansluiten bij behoeften:
maslov

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

1.) ontdekken van eigen kracht (= empowerment!)
2.)Inzet van sociaal netwerk 

Zijn belangrijke punten in zorg en welzijn Nederland!


Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Hoe kun je een cliënt 'in zijn kracht' zetten?

Slide 8 - Open question

This item has no instructions

Hoe kun je client in zijn 'kracht' zetten?

  • geen oplossingen aandragen
  • cliënt zelf aan het stuur
  • minder afhankelijk
  • succeservaringen opdoen. 

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

gespreksvragen sociaal netwerk
  • Is het hebben van een sociaal netwerk volgens jullie belangrijk? waarom wel/niet?

  • Google de zin: 'oorzaken geen sociaal netwerk'. Welke mensen hebben meer risico geen goed sociaal netwerk te hebben?

  • Casus: Je loopt stage in een beschermde woonvorm met volwassenen met een psychiatrische of licht verstandelijke beperking. Een familielid belt op en stelt je allerlei persoonlijke vragen over een cliënt. Er schieten 2 gedachten door je hoofd: 1 je weet dat het belangrijk is om familie bij het proces v.d. cliënt te betrekken. Tegelijk vraag jij je af of je wel antwoord mag geven op deze persoonlijke vragen. Wat vind de cliënt zelf? Wat doe je??

  • Op welke manier kun je als begeleider de cliënt helpen om een sociaal netwerk op te bouwen? Bedenk 3 acties die je kunt doen en schrijf deze op.

  • Hoe krijg je een cliënt (of als je op een school gaat werken een leerling) in 'beweging'? Gemotiveerd om stappen te zetten?

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

3 belangrijke fundamenten voor motivatie en ontwikkeling:

  1. Competentie: ik heb er vertrouwen in dat ik het kan. 
  2. Autonomie: ik kan het zelf, hoewel niet altijd alleen. Ik kan zelf kiezen.
  3. Relatie: anderen waarderen mij en ik hen. Ik voel me verbonden

filmpje 2,5 minuut. Kijk goed! Hoe zie je bovenstaande punten terugkomen?

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Video

wat zag je van bovenstaande punten:

relatie: vertellen-> vertrouwen
             samendoen
autonoom: juiste mensen, wat past bij je, dingen zelf doen. eind zin: keuze is heerlijk

competent: kleine stapjes zetten
Neem een praktijksituatie in gedachten.. 


1. Bijv. school, maatschappelijke zorg, gehandicaptenzorg. (waar jij wilt werken.)
2. welke acties zou jij inzetten richting de cliënt: 
a. zodat de cliënt zich meer competent voelt? 
b. het gevoel heeft dat hij autonoom is, dus zelf regie heeft?
c. hoe investeer je in de relatie met de cliënt?
                                                                                                     Schrijf je antwoorden op...

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Evaluatie: Wat kun jij vertellen over...

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Check:
Heb jij deel 1 en deel 3 al ingeleverd op ITSL?

Heb je al een interview gehouden of gepland?

Interview komende week uitwerken!

Slide 15 - Slide




mensen noemen die nog moeten 'blijven hangen' .