2.4 De productie van behang

Hoofdstuk 2 Thuis en buitenhuis
4. De drukkerij
1 / 18
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Hoofdstuk 2 Thuis en buitenhuis
4. De drukkerij

Slide 1 - Slide

programma
nabespreken lesstof
doornemen 2.4
nakijken 2.3 en maken opdrachten 2.4
herhaling 2.4

Slide 2 - Slide

Wat is een kenmerk van productie in bedrijven?
A
Het is gratis.
B
Het vindt plaats tegen betaling.
C
Het is gevaarlijk.
D
Je kunt ook zonder.

Slide 3 - Quiz

Jean-Paul werkt voor een bedrijf als behanger.
Antoine behangt zijn eigen huis, hij vindt het leuk om te doen.
Voor wie is dit produceren?
A
Jean-Paul
B
Antoine
C
voor beiden
D
voor geen van beiden

Slide 4 - Quiz

Savannah werkt bij Deco BV op de administratie. Zij hoort bij de productiefactor:
A
Arbeid
B
kapitaalgoederen
C
natuur

Slide 5 - Quiz

Kadir werkt aan de persmachine. Toen deze werd gekocht, deed Deco BV een investering in
A
Arbeid
B
kapitaalgoederen
C
natuur

Slide 6 - Quiz

Kadir is zelf een onderdeel van de productiefactor
A
Arbeid
B
kapitaalgoederen
C
natuur

Slide 7 - Quiz

Tom rijdt met een vrachtwagen van Deco BV. De vrachtwagen hoort bij de productiefactor
A
Arbeid
B
kapitaalgoederen
C
natuur

Slide 8 - Quiz

Tom hoort bij de productiefactor
A
Arbeid
B
kapitaalgoederen
C
natuur

Slide 9 - Quiz

Voor benzine in zijn vrachtwagen is een energiebron nodig. Dat hoort bij de productiefactor
A
Arbeid
B
kapitaalgoederen
C
natuur

Slide 10 - Quiz

Wat hebben de begrippen investeren en kapitaalgoederen met elkaar te maken?
A
Je koopt een machine want die levert veel geld op.
B
Je geeft veel geld uit aan een machine die lang meegaat.
C
Je verkoopt een machine om veel geld te verdienen.
D
Zonder een machine hoef je niet veel geld uit te geven.

Slide 11 - Quiz

bladzijde 50 t/m 53
Je leert wat de verschillen zijn tussen betaald werk buitenshuis en onbetaald werk thuis
huiswerk: opdracht 1 t/m 12 van H2.4

Slide 12 - Slide

Leuk en minder leuk
bij ieder werk heb je arbeidsomstandigheden die je werk leuk of juist minder leuk maken.

Slide 13 - Slide

Bescherming tegen arbeidsomstandigheden
De werkgever moet ervoor zorgen dat werknemers hun werk veilig kunnen uitvoeren en hiervan niet ziek worden. Plicht is wettelijk geregeld in de arbowet.

Slide 14 - Slide

werk thuis
verschillen met bedrijf:
- er is niemand die je zegt hoe en wanneer je het werk moet doen
- thuis heb je geen collega's
- thuis zijn de werktijden langer en onregelmatiger.

Slide 15 - Slide

Betaald werk buitenshuis
arbeidsmotieven:
- vooral geld
- vanwege contacten met collega's
- een moeilijke/uitdagende baan

Slide 16 - Slide

fulltime of partime?
fulltime is een voltijdbaan van 36 uur.
partime = een deeltijdbaan (minder dan 36 uur)

Slide 17 - Slide

Huiswerk:
paragraaf 5 af.

eerder klaar: aan de slag met paragraaf 6.

Slide 18 - Slide