Alphen A2B1 30 maart



De woorden van thema 11, taak 4
de verleden tijd, regelmatig en onregelmatig
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NT2MBOStudiejaar 4

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson



De woorden van thema 11, taak 4
de verleden tijd, regelmatig en onregelmatig

Slide 1 - Slide

Restaurant RIMINI zoekt iemand om de pizza's ............... te .................
A
brengt, rond
B
goed, rondbrengenrond
C
rond, brengen
D
rondbrengt, nu

Slide 2 - Quiz

Als je wil dat jouw hond geen haar verliest, dan moet je hem dagelijks ..................
A
eruitzien
B
horen
C
motiveren
D
kammen

Slide 3 - Quiz

Een puppy is heel lief, maar hij vraagt ook veel ....................
A
verzorging
B
scheren
C
kennismaken
D
helpen

Slide 4 - Quiz

Na twee jaar zag Barbara haar moeder weer. Het was mooi en .....................
A
voorstellen
B
welzijn
C
oorspronkelijk
D
emotioneel

Slide 5 - Quiz

Het kan mij niet schelen hoe je .......................
A
eruit ziet
B
eruitziet
C
ziet eruit
D
er uitziet

Slide 6 - Quiz

De ........................ van het ziekenhuispersoneel is groot.
A
betrokkenheid
B
cliënt
C
koor
D
welzijn

Slide 7 - Quiz

De Aboriginals zijn de ............................. bewoners van Australië.
A
helpende
B
oorspronkelijke
C
opbouwen
D
deeltijd

Slide 8 - Quiz

Mijn vriendin en ik zijn veel veranderd. Daarom is er nu meer ................... tussen ons.
A
motiveren
B
afstand
C
helpende
D
combinatie

Slide 9 - Quiz

Mijn tante was dement en werd opgenomen in een ......................
A
zorgcentrum
B
ROC
C
mbo-opleiding
D
cliënt

Slide 10 - Quiz

Veel vrouwen met jonge kinderen werken in ...................
A
mbo-opleiding
B
deeltijd
C
koor
D
welzijn

Slide 11 - Quiz



Verleden tijd, 
regelmatig en onregelmatig

Slide 12 - Slide

Wij ................ nog laat over straat. (lopen)

Slide 13 - Open question

Waarom .................... jij voor een vakantie naar Noorwegen? (kiezen)

Slide 14 - Open question

Jullie ................... wel erg snel klaar! (zijn)

Slide 15 - Open question

De wielrenners .................. om 15.00 uur met de wedstrijd. (starten)

Slide 16 - Open question

Peter en Jolande ................... hun drankjes. (mixen)

Slide 17 - Open question

De herten .................... weer in het bos (verdwijnen)

Slide 18 - Open question

De keizer en zijn vrouw.................... veel slaven om hun paleis te laten bouwen. (gebruiken)

Slide 19 - Open question

De rijpe pruimen ................. uit de boom. (vallen)

Slide 20 - Open question