3.3 herhalen en afmaken + 3.5

3.3 herhalen en afmaken + 3.5
1 / 33
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 35 min

Items in this lesson

3.3 herhalen en afmaken + 3.5

Slide 1 - Slide

Wat wordt aangegeven
met nummer 3?
A
Holle ader
B
linker boezem
C
rechter boezem
D
linker kamer

Slide 2 - Quiz

Wat wordt aangegeven
met nummer 13?
A
Holle ader
B
linker boezem
C
rechter boezem
D
linker kamer

Slide 3 - Quiz

Wat wordt aangegeven
met nummer 2?
A
aorta
B
holle ader
C
longader
D
longslagader

Slide 4 - Quiz

Bij welke nummers zit
geen zuurstofrijk bloed?
A
13
B
8
C
2
D
9

Slide 5 - Quiz

Waar stroomt het bloed in vanuit de rechter boezem?
A
Linker kamer
B
rechter kamer
C
longslagader
D
aorta

Slide 6 - Quiz

Waar stroomt het bloed in vanuit de linker kamer?
A
Linker kamer
B
rechter kamer
C
longslagader
D
aorta

Slide 7 - Quiz

welke kleppen zitten er tussen de linker kamer en de aorta?
A
halvemaanvormigekleppen
B
hartkleppen

Slide 8 - Quiz

Hartslag

Slide 9 - Slide

Leerdoelen
Je kunt beschrijven hoe antistoffen bescherming bieden tegen infecties.
Je kunt beschrijven op welke manieren immuniteit kan ontstaan.
Je kunt omschrijven wat er aan de hand is bij een allergie.

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Eerste verdediging
Als de huid gezond is kunnen er geen ziekteverwekkers doorheen dringen.
Slijmvliezen (neus, mond, luchtpijp, darmen, urinebuis, vagina) vangen ziekteverwekkers en houden ze tegen. 
Luchtpijp en neus hebben trilharen om het slijm af te voeren -> slokdarm
In je maag zit zoutzuur om organismen te doden.

Slide 12 - Slide

Infectie
  • Virussen en bacteriën veroorzaken infecties
  • Virussen zijn niet levend

Slide 13 - Slide

Bestrijding door witte bloedcellen
manier 1: insluiten van ziekteverwekker

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Slide 16 - Slide

Manier 2: vorming van antistof
  • Ziekteverwekker pas onschadelijk wanneer volledig bedekt met antistoffen

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Immuniteit
  • Natuurlijk
  • Kunstmatig

Slide 19 - Slide

Natuurlijke immuniteit
Je wordt niet meer ziek van een ziekteverwekker omdat je er al een keer ziek van bent geweest.


Vaak bij: verkoudheid, waterpokken





Slide 20 - Slide

Kunstmatige immuniteit
Je bent immuun zonder ziek te zijn geweest:
Kunstmatige immuniteit.

Door inenting tegen ernstige ziekten: Bof, mazelen, rode hond, meningitis, tropenziekten.






Slide 21 - Slide

Vaccinatie/ inenting
Je wordt ingespoten met een dode/ verzwakte ziekteverwekker (of maar een stukje ervan).

De ziekteverwekker kan je niet ziek maken maar de witte bloedcellen kunnen wel antistoffen maken tegen de antigenen op de ziekteverwekker.







Slide 22 - Slide

Vaccinatie/ inenting
Je wordt dan niet meer ziek als je de echte ziekteverwekker binnen krijgt.

Je maakt dan namelijk ook snel veel antistoffen aan.










Slide 23 - Slide

Vaccinatiegraad
Hoe meer mensen immuun zijn voor een ziekte hoe lager de kans dat iemand die niet is ingeënt toch kan worden besmet.
Een hoge vaccinatiegraad is dus belangrijk voor iedereen, niet alleen voor degene die gevaccineerd is.

Een goede vaccinatiegraad is 95%.










Slide 24 - Slide

Slide 25 - Video

Allergische reactie
Een reactie van je immuunsysteem op een onschuldige lichaamsvreemde stof (antigeen).

Bijvoorbeeld pollen, pinda's,
noten, .......

Roodheid, niezen, tranen, 
opgezwollen slijmvliezen


Slide 26 - Slide

Anafylactische shock
Een zeer zware allergische reactie 

Levensbedreigend!
Epi-pen (adrenaline) vernauwt de bloedvaten tijdelijk.


Slide 27 - Slide

Welke bloedcellen zijn betrokken bij de afweer in je lichaam?

Slide 28 - Open question

Wat houdt natuurlijke immuniteit in?

Slide 29 - Open question

Leg uit wat kunstmatige immuniteit inhoudt.

Slide 30 - Open question

Wat zijn antistoffen?
A
de eiwitten op de buitenkant van de ziekteverwekker
B
object dat zich hecht aan de ziekteverwekker

Slide 31 - Quiz

Leg uit waarom je eerst wel even ziek wordt van een ziekteverwekker en later weer opknapt

Slide 32 - Open question

Hoe kan het dat je na een vaccinatie niet meer ziek wordt van de desbetreffende ziekteverwekker?

Slide 33 - Open question