Rekenles

• Rekenen
• Basisschool
• Groep 4

auto	1	2	3
wielen	4	?	?

?

?

    8

   12

5 x 6 =

5 x 7 =

5 x 8 =

5 x 9 =

40

45

30

35

7 x 4 =

7 x 6 =

7 x 9 =

7 x 3 =

42

28

63

21

Zet de maanden in de goede volgorde

maand 1

maand 2

maand 3

maand 4

maand 5

maand 6

maand 7

maand 8

maand 9

maand 10

maand 11

maand 12

maart

december

januari

oktober

februari

juni

mei

september

november

april

augustus

juli

Januari

Februari

Maart

April

Mei

Juni

Juli

Augustus

September

Oktober

November

December

Introductie

Vertel de kinderen dat ze de maanden naar het juiste seizoen gaan slepen.

• Welke seizoenen hebben we? (lente, zomer, herfst en winter). 
• Waar zien we ze terug? (wijs de plaatjes aan).

Start de sleepopdracht en bespreek de antwoorden.

Hoe laat is het? Sleep naar juiste klok.

half 2

11 uur

7 uur

twee uur

3 uur

half 1

vijf uur

half vijf

Hoelaat is het als je op de wekker
06:10 ziet staan?

1. 10 voor 6 in de ochtend
2. 10 voor 6 in de middag
3. 10 over 6 in de ochtend
4. 10 over 6 in de middag

lente

zomer

herfst

winter

Wat geeft de grote wijzer aan?

1. de uren
2. de minuten

Hoeveel minuten zitten in een uur?

1. 15
2. 30
3. 45
4. 60

Hoeveel minuten zitten in een kwartier?

1. 15
2. 30
3. 45
4. 60

Wat moet er op het vraagteken staan?

ijsjes	1	2	3	4
bolletjes	3	6	?	12

1. 7
2. 8
3. 9
4. 3

Frank is jarig op 12-2
Welke maand word hiermee bedoeld?

1. januari
2. februari
3. april
4. maart

In welk seizoen zijn we nu?

1. winter
2. lente
3. zomer
4. herfst

Wat duurt korter dan 5 minuten?

1. De preek in een kerk
2. 1 boterham eten
3. Het avondeten koken

Waar kan je de plattegrond van de dierentuin op de website vinden?
onder het kopje?

1. Home
2. Plan bezoek
3. Nieuws
4. Bijzondere belevenis

In het magazijn staan:
2 dozen van 200 beschuiten
3 dozen van 500 beschuiten.
Joost heeft 710 beschuiten gevoerd aan de olifanten.
Hoeveel zijn er nog over?

1. 2610
2. 1190
3. 1090
4. 990

3 x 3 =

1. 3
2. 8
3. 12
4. 9

7 x 3 =

1. 21
2. 12
3. 24
4. 18

Wat is het dubbele van 20

1. 10
2. 30
3. 40
4. 50

Wat is het dubbele van 25

1. 10
2. 30
3. 40
4. 50

Wat is de helft van 20

1. 10
2. 30
3. 40
4. 50

Wat is de helft van 100

1. 50
2. 25
3. 100
4. 80

100 appels

125 appels

9 uur

half 1

half 11

half 9

5 uur

Sleep de klokken naar de juiste tijd.

Wat vond je van de les?

1. 
2. 
3. 
4. 

Reken snel schattend uit!

85

76

38

69

93-8=

85-9=

76 -7=

43-5 =

Wat is het dubbele van 9

1. 20
2. 18
3. 24
4. 32

Digitale klok
Hoe schrijf je half 5 's middags?

1. 4:30
2. 16:30
3. 5:30
4. 17:30

8:4

1. 4
2. 16
3. 2
4. 12

Hoeveel weken heeft een jaar?

1. 52 weken
2. 365 weken
3. 12 weken
4. 4 weken