12 nov

Welkom bij Nederlands!
Pak je boek, schrift & pen.
Mobiel & oortjes weg.





1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom bij Nederlands!
Pak je boek, schrift & pen.
Mobiel & oortjes weg.





Slide 1 - Slide

Vandaag
  • Info
  • Waar is iedereen? 
  • Uitleg Over taal
  • Aan de slag!
  • Vragen?
  • Afsluiting

Slide 2 - Slide



Info
Denk aan de planning.
Donderdag Vaardigheidstoets 2: Over taal.
Vandaag bereiden we ons daarop voor, door:
- herhalen van theorie
- leren van woordjes
- elkaar overhoren
Vandaag
  • Info
  • Uitleg
  • ZS
  • ZF
  • Quiz
  • Afsluiting

Slide 3 - Slide



Info
Wat moet je weten voor de toets Over taal?

- Heel blok 5
- Woordjes en uitdrukking
- ...én theorie (homoniemen, homofonen, synoniemen, tegengestelden, taalfouten).
Vandaag
  • Info
  • Uitleg
  • ZS
  • ZF
  • Quiz
  • Afsluiting

Slide 4 - Slide

Over taal blok 5
- Je weet wat homoniemen, homofonen, tegengestelden en synoniemen zijn en je kunt ze herkennen. 
- Je kunt taalfouten herkennen en verbeteren.

Slide 5 - Slide

Verbeter de volgende zin:
"In de les moet je verplicht je telefoon wegdoen."

Slide 6 - Open question

Verbeter de volgende zin:
"De leerling ontkent dat hij geen stuk heeft overgeschreven."

Slide 7 - Open question

Verbeter de volgende zin:
"Wil je de opdracht nog even nachecken?"

Slide 8 - Open question

Verbeter de volgende zin:
"Na de les wil ik meteen zo snel mogelijk naar huis."

Slide 9 - Open question

De kruidnootjes waren onsmakelijk/smakeloos,
want er zaten niet genoeg kruiden in.
A
Onsmakelijk
B
Smakeloos

Slide 10 - Quiz



Aan de slag!
Eerste tien minuten: je gaat woordjes leren.
Je mag dat doen met kaartjes, uit je schrift, uit het boek etc.

Na tien minuten: elkaar overhoren (of ik jullie).
Vandaag
  • Info
  • Uitleg
  • ZS
  • ZF
  • Afsluiting

Slide 11 - Slide

Over taal blok 5
- Je weet wat homoniemen, homofonen, tegengestelden en synoniemen zijn en je kunt ze herkennen. 
- Je kunt taalfouten herkennen en verbeteren.

Slide 12 - Slide