2.6 Cellen van dieren

Terugblik
1 / 19
next
Slide 1: Slide
Mens & NatuurMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Terugblik

Slide 1 - Slide

voet
stelschroef
diafragma
tafel
objectief
tubus

Slide 2 - Drag question

In welke volgorde ruim je de microscoop op?
  1. .
  2. .
  3. .
  4. .
  5. .
revolver draaien tot de rubberen dop
preparaat weghalen
lampje uit
tafel omlaag draaien
microscoop oppaken en wegbrengen

Slide 3 - Drag question

Bottenstelsel
Zenuwstelsel
Bloedvaten
stelsel
Ademhalings
stelsel
Verterings
stelsel
Spierstelsel

Slide 4 - Drag question

wat is een orgaanstelsel
A
een groep cellen die samen één functie uitoefenen
B
een groep organen dat samen één functie uitoefent
C
meerdere weefsels die samen één functie uitoefenen

Slide 5 - Quiz

Objectief
Oculair
Diafragma
Sleep de uitleg achter het juiste onderdeel
Een van de onderste lenzen aan een microscoop
Bovenste lens op een microscoop
Hiermee regel je de hoeveelheid licht door de tafel

Slide 6 - Drag question

een orgaan is een deel van een organenstelsel
A
waar
B
niet waar

Slide 7 - Quiz

_________
Bloem
Bladeren
Stengel
Wortels 

Slide 8 - Drag question

Bij welk organenstelsel hoort dit orgaan?
A
Bloedvatenstelsel
B
Zenuwstelsel
C
Beenderstelsel
D
Spierstelsel

Slide 9 - Quiz

Dierlijke cellen



Slide 10 - Slide

Leerdoelen
2.5.9 Je weet dat een organisme bestaat uit cellen.
2.5.10 Je kunt de delen van cellen van dieren noemen.
2.5.11 Je kunt een preparaat maken.


Cellen zijn de bouwstenen van organismen. Je lichaam bestaat uit miljarden cellen.

Slide 11 - Slide

Soorten cellen

Organen bestaan uit cellen. Een cel is heel erg klein. De cellen zijn de bouwstenen van je organen.

Door een microscoop kun je cellen bekijken. Ze lijken plat maar dat zijn ze in werkelijkheid niet. Er zijn verschillenden vormen, het lijken net zakje die gevuld zijn met water. 



Slide 12 - Slide

0

Slide 13 - Video


Soorten cellen


De vorm van de cel 
heeft te maken met de functie van de cel. 





rode bloedcel
Vorm: rond
Kan makkelijk door bloedvat
zenuwcel
Vorm: met lange uitlopers
Kan makkelijk contact maken met verschillende cellen
Botcel
Spiercel

Slide 14 - Slide

Soorten cellen


Cellen kun je bekijken door een microscoop te gebruiken.

Ze lijken plat in de afbeelding maar jij weet inmiddels dat dit in werkelijkheid niet het geval is. 


Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Dierlijke  cel 

Celmembraan: dun vliesje om de cel heen. 
Celkern: Regelt alles wat in de cel gebeurt
Celplasma: stroperige vloeistof met opgeloste stoffen die de cel opvult
Celmembraan
Celkern
Celplasma

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video

Aan het werk!
Wat? 2.6 Cellen van dieren 
  
Opdracht 1 , 2, 4, en 5





Slide 19 - Slide