wonen in NL hfst 1.2

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 5

Welke hoofdtaak van de waterschappen zie je op de foto?

1. zorgen voor goede waterkwantiteit
2. zorgen voor goede waterkwaliteit
3. zorgen voor goede waterkeringen
4. rivieren bevaarbaar houden

Wat wordt verstaan onder absolute zeespiegelstijging?

1. De zee daalt t.o.v. het land
2. De zee stijgt t.o.v. het land
3. Het land daalt t.o.v. de zee
4. Het land stijgt t.o.v. de zee

zeespiegelstijging wordt veroorzaakt door

1. het smelten van land- en zeeijs
2. het smelten van landijs en het uitzetten van water
3. het smelten van zee-ijs
4. het uitzetten van water en het toenemen van de hoeveelheid neerslag

Meer overstromingen door zeespiegelstijging. Hoe kan dat?

1. Lozen van water in zee
2. Versterkt broeikaseffect
3. Opstuwing van zeewater
4. Bodemdaling

Bereken de relatieve zeespiegelstijging

1. C = 4,5 meter
2. C = 2,3 meter
3. C = 2,2 meter
4. C = 6,8 meter

Omschrijving: Een gebied dat wordt beschermd door primaire waterkeringen

1. Waterschap
2. Klimaatadaptatie
3. Strandwal
4. Dijkring

Hoe heten de waterkeringen in Zeeland?

1. Alfawerken
2. Deltawerken
3. Dijkwerken
4. De waterkeringen

Kies een stad uit die niet overstroomt als er in Nederland geen dijken en waterkeringen zouden zijn

1. Rotterdam
2. Den Haag
3. Eindhoven
4. Amsterdam

Het overstromingsrisicobewustzijn in Nederland is:

1. Hoog
2. Laag

Klimaatverandering heeft invloed op de verdroging én verzilting in Nederland.

1. Waar
2. Niet waar

In welk seizoen treedt vooral verzilting en verdroging op?

1. Zomer
2. Herfst
3. Winter
4. Lente

In West-Nederland kiezen we vaak voor drainage. Wat is hierbij een risico?

1. Brak water komt omhoog - verzilting
2. De zoetwaterzak wordt steeds kleiner
3. Verdroging van de grond
4. Het water infiltreert moeilijker

Leerdoelen

* Welke adviezen heeft de Tweede Deltacommissie aan de regering uitgebracht en waarom?

* Hoe ontstaan verdroging en verzilting?

* Wat is het verschil tussen de absolute en de relatieve zeespiegelstijging?

Heb je alle leerdoelen van de les begrepen?

1. Onvoldoende
2. Voldoende
3. Ruim voldoende
4. Goed

Volgende les: 1.3 van Wonen in NL. 

Graag even doornemen van te voren.